Mevrouw Krak draag een kimono-overklapjurk van katoen. Daaronder een broek, een pangi, met geborduurde bloemen. En een schouderdoek (met de jaartallen 1863, 1873 en 2013) en Afrikaanse armbanden, van goud, en veel accessoires. “Dat hoort erbij”.
De stof heeft zij op de Albert Cuyp gekocht en het model heeft ze bij speciale modisten uitgekozen. De angisa heeft zij zelf gecreëerd. Krak: “Het hoort bij het kleed. Zo ben ik een echte kotomisi”.

Ze komt elk jaar naar het Oosterpark om de herdenking van de afschaffing van de slavernij te vieren. Maar haar kledingkeuze van vandaag heeft niet direct met Keti Koti te maken. “Soms heb je wel een bepaalde kleur aan bij feesten. Dan wordt de kleur aangegeven. Ik had hier zin in. Eerst had ik bruin uitgekozen, maar vanmorgen wilde ik vrolijk, rozig. Het heeft met gevoel te maken, met feest, het weer, mijn stemming. Ik voel me prettig in deze kleuren.”