Dat zij 150 jaar Keti Koti viert geeft haar een extra gevoel van vrijheid. Jane vindt deze dag erg belangrijk. Ze zou willen dat 1 juli tot een nationale feestdag wordt omgedoopt. Zij moet nu elk jaar een vrije dag opnemen om dit feest te kunnen vieren.

Jane is geboren in Paramaribo (1959). In. Zij draagt een een leuke jurk van bedrukt '150 jaar-Keti Koti'-katoen. Er hangt een los pand voor de jurk. De jurk kan met of zonder dit voorpand worden gedragen. De korte onderjurk die Jane draagt vormt samen met het kleurige 'jakje' een vlotte combinatie. Dit ensemble voelt iets vrijer aan dan een echte koto. Er is een direct verband tussen haar kleding en de herdenking van Keti Koti in 2013. Dit jaartal is ook op de stof afgedrukt.

Verder draagt Jane een angisa. De hoofddoek heet 'Let them talk'. Dit betekent: 'Laat ze maar lekker praten'. Het is bij Surinamers een bekende veel gedragen hoofddoek. Jane heeft haar 150 jaar-Keti Koti-stof in Suriname gekocht en daar heeft ze haar jurk ook laten maken. Jane draagt bij haar klederdracht een mand en dat vindt ze goed bij haar kleding passen. Jane draagt graag Surinaamse klederdracht. Ze voelt zich daar heel prettig bij.