Stoplap

Hoewel dit kleine stoplapje veel aanwijzingen bevat, blijven zowel de herkomst van de doek alsook de naam van de borduurster onbekend. Volgens mevrouw Bix Schipper-Van Lottum (1927-2009), samenstelster van de tentoonstelling “Merk- en stoplappen” uit 1980-1981, moet die herkomst in Zuid-Holland gezocht worden. Het jonge meisje werkte met zijden garen op fijngeweven katoen met een ingesponnen linneneffect in de stofdraad. Het stoplapje dat bijna vierkant is en 25,5 bij 26 cm meet, is opgebouwd uit vier grote kruisstoppen in de hoeken. In het hart van de doek trekt een diamantstop in goudgeel de aandacht. Tussen de stoppen zijn initialen aangebracht. Aan de bovenzijde is dat een gekroond wapenbord met de letters CMK, daaronder een wapenruit met de letters SVV. Binnen het ruitje is aan de bovenkant een hangende Franse lelie geborduurd. Aan de onderzijde is het een ruit met de letters EMK, daaronder drie paar gekroonde initialen bestaande uit de letters IT, AD en HK, waaronder een ruit, een hartje en een ruit geplaatst zijn. Vermoedelijk worden de ouders aan de bovenzijde herdacht en draagt de maakster van het lapje de initialen EMK. De M en de K zijn gekoppeld. Had de familie een dubbele achternaam? Op de middenlijn zijn de getallen 1803 en 1811 uitgewerkt. Dit zouden de geboortedatum van de borduurster en het jaar van de voltooiing van de doek kunnen zijn. Het gaat dan wel om een erg jong meisjes van amper zeven of acht jaar oud én om een zeer kundige leerling!