Zotonic - Atom Feed Module 2024-03-29T15:34:55+01:00 https://hart.amsterdam/nl/ Hart Amsterdammuseum https://hart.amsterdam/rsc/447869 2018-04-25T09:10:27+02:00 2018-04-25T09:08:00+02:00 https://hart.amsterdam/rsc/414755 Deel je herinneringen aan Paradiso Van het blowgangetje tot aan de punktijd. Welke herinnering komt er bij jou naar boven als je denkt aan de beginjaren van Paradiso? <p><span>In het kader van het 50-jarig bestaan van Paradiso organiseren het </span><a href="https://www.facebook.com/amsterdammuseum/">Amsterdam Museum</a><span><span> </span>en<span> </span></span><a href="https://www.facebook.com/paradiso/">Paradiso Amsterdam</a><span><span> </span>samen een serie evenementen voor iedereen die verhalen wil delen en horen over Paradiso. De eerste van deze serie evenementen vindt plaats op woensdag 2 mei aanstaande in het Amsterdam Museum. Deze staat in het teken van de roerige beginjaren van Paradiso (van 1968 tot 1975).</span><br /><br /><span>Bij deze willen wij je graag uitnodigen voor deze middag om gezamenlijk herinneringen op te halen aan de roerige beginperiode van Paradiso. We willen deze verhalen ook graag plaatsen op de geheugenwebsite </span><a rel="noopener noreferrer" href="http://www.geheugenvancentrum.amsterdam/paradiso" target="_blank"><span>www.geheugenvancentrum.ams</span>terdam/paradiso</a><span>. Uiteraard is er ook gelegenheid om de tentoonstelling te bekijken.</span><br /><br /><span>Wil je bij deze leuke middag aanwezig zijn? Je kunt je aanmelden door een mailtje te sturen naar communicatie@amsterdammuse</span><span>um.nl. Voor verhalenvertellers is deelname gratis!</span></p> https://hart.amsterdam/rsc/447426 2018-04-24T11:26:48+02:00 2018-04-24T11:06:00+02:00 Raymond van den Boogaard https://hart.amsterdam/rsc/447440 De religieuze rebellen van de Vrije Gemeente Achter de mengtafels van de geluidstechnici in de grote zaal hangt zijn gedenksteen: P.H. Hugenholtz jr. Deze Herman Hugenholtz (1834-1911) was de grote man van de Vrije Gemeente, de vereniging die in 1880 het &#39;gebouw voor samenkomsten&#39; liet neerzetten dat nu Paradiso is. &#39;Kerk&#39; mocht het niet genoemd worden: de Vrije Gemeente stond een radicale &#39;vrije religie&#39; voor, en het begrip &#39;kerk&#39; vond men ouderwets. Dat rook te veel naar christelijk wondergeloof en haarkloverijen over de bijbel, waarmee de moderne godsdienst van de Vrije Gemeente brak. <p>Alles mocht er, zolang het maar godsdienstig doorvoeld en geen atheïsme was. Een nieuwe tijd was immers aangebroken, wisten deze Negentiende-eeuwers, van razendsnelle wetenschappelijke en technische vooruitgang. Amsterdam barstte voor het eerst sinds de Zeventiende eeuw  uit de begrenzing van de oude singels. Nieuwe stadswijken ontstonden, de wereldhandel leefde op, de industrie bloeide.</p> <p>De godsdienst kon niet achterblijven: bij een moderne wereld hoorde een moderne religie. Aan de Weteringschans kwam de inspiratie op zondagmorgen niet alleen uit de Bijbel, maar ook van de beste voortbrengselen van kunst en literatuur, van moderne wetenschap en zelfs van niet-christelijke religies als het Boeddhisme. Weg met de strenge eenvoud van het Nederlandse calvinisme – godsdienstbeoefening mocht ook genieten zijn, deel hebben aan het geweldig avontuur van de vooruitgang der mensheid.</p> <p>Het was begonnen met een vertrouwd fenomeen in protestants Nederland: een kerkscheuring, in 1877. Herman Hugenholtz kwam uit een beroemd predikanten-geslacht. Zijn vader liep als  hervormd predikant in de Laurens-kerk in Rotterdam nog met driekanten steek en kuitbroek over straat. Wereldse geneugten als theater, concert en niet-religieuze boeken waren uit den boze.</p> <p>Het sprak vanzelf dat ook Herman dominee zou worden, net als zijn oudere broer Reinhard, en zijn jongere halfbroer Frederik. Maar eenmaal student in de theologie – eerst in Utrecht, later in Leiden – viel Herman, die zich naar eigen zeggen als kind in de kerk vaak vreselijk verveeld had, voor de charmes van wat de &#39;moderne theologie&#39; heette. Dat betekende onder andere dat je de wonderen uit de Bijbel – zoals de lichamelijke opstanding van Jezus uit de dood – wel als inspirerende verhalen zag, maar niet meer als waarheid. Wonderen bestonden immers  niet in de moderne wetenschap.</p> <p>&#39;Moderne&#39; dominees mochten dan menen dat zij helemaal bij de tijd waren – of de gelovigen ook al zo ver waren, was de vraag. Dat werd pijnlijk duidelijk toen dominee Herman Hugenholtz – na de standplaatsen Hoenderloo, Rhenen en Leeuwarden – in 1866 naar Amsterdam kwam, waar zijn broer Reinhard – inmiddels eveneens overgegaan naar het modernisme – al predikant was.</p> <p>Als een moderne dominee de beurt had in een van de hervormde kerken van Amsterdam, bleven de banken vaak pijnlijk leeg. Met name arbeiders en andere &#39;kleine luiden&#39; moesten niets hebben van predikanten die de Schrift relativeerden. Wat heb je als arbeider aan een dominee die &#39;Jezus&#39; bloedoffer&#39; relativeert – de gedachte dat Christus met zijn lijden aan het kruis onze zonden gedelgd heeft en zo een weg naar de eeuwige zaligheid heeft geopend, na een armzalig bestaan op aarde?</p> <p>Tegen de modernen in de hervormde kerk van Amsterdam werd een kleine oorlog gevoerd, onder aanvoering van de jonge rechtzinnige dominee Abraham Kuyper, dezelfde die later in 1886 in de grootste kerkscheuring van het Nederlandse protestantisme een groot deel van de &#39;kleine luiden&#39; zou meenemen naar de nieuwe Gereformeerde Kerken. In de jaren 1870 echter was Kuypers streven erop gericht moderne dominees als de gebroeders Hugenholtz de Nederlandse Hervormde Kerk uit te pesten. Ouderlingen weigerden moderne dominees bij te staan. Hun preek werd door luide protesten onderbroken.</p> <p>In 1877 was voor de gebroeders Hugenholtz de maat vol. Zij stichtten hun eigen Vrije Gemeente, die geen kerk maar een vereniging moest zijn en helemaal de moderne geest van de eeuw zou ademen. Dankzij een lening van gefortuneerde volgelingen was drie jaar later al het eigen, kloeke gebouw aan de Weteringschans gerealiseerd. Het is een schepping van architect Gerlof Salm, die eerder eer had ingelegd met het ledengebouw van Artis – nu café-restaurant de Plantage. De grond had de Vrije Gemeente voor een zacht prijsje kunnen kopen. Het gemeentelijk bestemmingsplan had hier eigenlijk villa&#39;s voorzien, maar in 1850 al was aan de Weteringschans de eerste cellulaire gevangenis van Nederland verrezen – delen van het complex zijn nu nog te zien aan het Max Eeuwe-plein. Niemand had zin zijn villa pal naast een sinistere gevangenismuur neer te zetten.</p> <p>Herman Hugenholtz zag zijn gebouw – berekend op 1500 toehoorders – als bijdrage aan de wording van de nieuwe wereldstad Amsterdam, net als andere projecten die in deze tijd verrezen of gepland waren, zoals het Paleis voor Volksvlijt, het Rijksmuseum, het Concertgebouw of het Barlaeus-gymnasium. Er was echter één knagend probleem: het aantal volgelingen van de Vrije Gemeente liet sterk te wensen over. In 1877 begon de nieuwe vereniging met minder dan vierhonderd leden – weinig in een stad waar elke zondag honderdduizenden Amsterdammers zich naar de kerk van hun keuze begaven. Daarna kroop het ledental met slechts enkele tientallen per jaar omhoog. Van de droom dat het gebouw aan de Weteringschans het centrum zou worden van een landelijk, vernieuwend religieus leven in Nederland, kwam niets terecht.</p> <p>Arbeiders en andere &#39;kleine luiden&#39; hadden geen boodschap aan de Vrije Gemeente. Omdat de vereniging principieel scheiding van kerk en staat voorstond, deed zij niet aan armenzorg. Zonder een diaconie waartoe je je in tijden van nood kon wenden, had de minvermogende in deze tijd zonder sociale verzekeringen weinig te zoeken aan de Weteringschans.</p> <p>Dat pakte Kuyper anders aan, toen hij in 1886 zijn massa van &#39;kleine luiden&#39; meenam naar een nieuwe volkskerk, en machtige beweging opbouwde met een eigen politieke partij, de ARP, en een eigen Vrije Universiteit. Tot overmaat van ramp voelden na 1880 steeds meer arbeiders zich aangetrokken tot de moderne arbeidersbeweging, die aan religie geen boodschap had – de Sociaal Democratische Bond van Domela Nieuwenhuis en later de SDAP. Herman Hugenholtz en de zijnen gruwden van zulke strijdlustige verschijnselen: als goede liberalen geloofden zijn in maatschappelijke harmonie – ieder op zijn plaats werkend aan de ontwikkeling van de samenleving.</p> <p>Ook in de betere burgerij was het enthousiasme gering. Bij de oprichting in 1877 bleven de meeste vrijzinnige hervormden gewoon lid van hun bestaande kerk – uit verbittering over zoveel onverschilligheid hield Reinhard Hugenholtz de Vrije Gemeente voor gezien, zodat broer Herman er verder alleen voorstond en zich tot een bekende Amsterdammer van zijn tijd zou ontwikkelen. De vrije religie aan de Weteringschans kreeg tegen het einde van de eeuw steeds meer concurrentie van allerlei clubjes en religieuze modes: het spiritisme, de theosofie, de Rein Leven-beweging, Christian Science enzovoorts.</p> <p>Ook daarvan gruwde Herman Hugenholtz – het onhoudbaar christelijk wondergeloof maakte naar zijn gevoel plaats voor allerlei dogmatische hocus pocus uit andere hoek. Bij zijn dood gold de Vrije Gemeente in brede kring al als iets uit het verleden – een avant-garde die door andere avant-gardes was achterhaald. De vereniging reageerde daarop door zich meer als een conventionele vrijzinnig-protestantse kerk, zonder hemelbestormende pretenties, te profileren. De in 1907 in steen gebeitelde tekst <em>Soli Deo Gloria</em> (God alleen de eer) – nu boven het podium van Paradiso – is daarvan de uitdrukking.</p> <p>Dat ging zo door tot 1965, toen de Vrije Gemeente de noodlottige beslissing nam het gebouw aan de Weteringschans te verkopen. Er zou een hotel komen. Van de opbrengst liet de vereniging de beroemde architect Gerrit Rietveld een nieuw gebouw in Buitenveldert ontwerpen. Dat avontuur heeft maar drie jaar geduurd: de leden bleven weg, zodat de Vrije Gemeente Rietvelds schepping van de hand moest doen. De koper, het Nederlands Israëlitisch Kerkgenootschap, wil anno 2018 Rietvelds schepping trouwens laten afbreken. De Vrije Gemeente bestaat nog steeds, als een kleine vereniging onder de naam <em>VG Amsterdam</em> – zonder eigen gebouw en voorgangers in vaste dienst maar, net als in 1877, aandacht voor oosterse mystiek naast bijbelstudie.</p> <p>Van de hotelbouw aan de Weteringschans kwam gelukkig niets terecht: in de roerige provo-tijd werd het al opgegeven karkas door krakers bezet en overeenkomstig hun eisen door de gemeente Amsterdam  tot &#39;beatsociëteit&#39; bestemd. Als Paradiso biedt het nu al vijftig jaar aan meer bezoekers inspiratie en vervoering, dan de vrije religie van de toekomst ooit had durven hopen.</p> <p> </p> https://hart.amsterdam/rsc/435775 2018-04-04T11:31:12+02:00 2018-04-03T15:55:00+02:00 Arjan Nuijten https://hart.amsterdam/rsc/435785 Huisdealer Veelal wordt het beruchte gedoogbeleid ten opzichte van cannabis in Nederland verbonden aan de aanpassing van de Opiumwet in 1976. Die wettelijke aanpassing was echter een reactie op een praktijk die al langer in veel lokale jeugdcentra bestond. Daarbij speelde het nu zo beroemde Paradiso dat dit jaar 50 jaar bestaat een belangrijke voortrekkersrol. <p>Vanaf het moment dat Paradiso openging in 1968, was de voormalige kerk verbonden aan de protest- en hippiebeweging. Het gebruik van cannabis was een vast element binnen deze jonge generatie die zijn weg vond naar Paradiso voor de psychedelische rock, hallucinerende lichtshows met vloeistofdia’s en de artistieke optredens. Als kleine daad van verzet tegen de alcohol drinkende gevestigde orde, werd het gebruik en de kleinschalige handel van (toen nog voornamelijk) hasj toegelaten in Paradiso.</p> <p>Paradiso werd echter vanaf de eerste dag als jeugdcentrum financieel gesteund door de gemeente. Ook het pand van de Vrije Gemeente was door de gemeente toegewezen, zij het na enig aandringen van de Amsterdamse jeugd via een krakersactie eind 1967. Daarmee had de gemeente dus de mogelijkheid om fors in te grijpen in het voortbestaan van Paradiso. En die optie is ook zeker besproken in de gemeenteraad, maar steeds door alle partijen verworpen.</p> <p>In het gemeenteblad kunnen we terugvinden dat eind januari 1969 het gebruik van softdrugs in Paradiso voor het eerst ter sprake kwam in de gemeenteraad. Via diverse politierapporten en beschrijvingen in de media was het gebruik van cannabis in Paradiso aan het licht gekomen. Het waren de christelijke combinatie ARP/CHU en Boerenpartij die zich het meest uitspraken tegen het softdrugsgebruik in Paradiso.</p> <p><strong>‘Walgelijke voorstellingen’</strong></p> <p>De bemoeienis van de gemeente zou toch verder moeten gaan dan ‘<em>[..] enkel het scheppen van ruimte en het stimuleren via geldelijke steun, waar in veler ogen walgelijke voorstellingen worden gegeven en van “drugs” gebruik kan worden gemaakt</em>’, aldus de heer Steenbergen van de ARP/CHU-fractie. Als er een poging werd gedaan om regulerend en curerend op te treden, dan kon het college van B&amp;W op steun rekenen van de fractie. Eventueel aandringen op sluiting vanuit de bevolking kon daarmee ook voorkomen worden.<br /> Raadslid Heierman van de Boerenpartij wilde niet dat justitie er van weerhouden werd om op te treden tegen dealers in het ‘handelscentrum’ Paradiso. Heierman zag dit als een eis van jeugdbescherming: ‘<em>[…] niet alleen bescherming van de jeugd, die op dit punt reeds bedorven is, maar ook van de jeugdigen, die uit nieuwsgierigheid zich morgen of overmorgen ten aanzien van het gebruik van “drugs” aan experimenten wagen.</em>’ <br /> <br /> Hoewel andere partijen zoals de KVP, VVD, PSP en PvdA zich wel enigszins zorgen maakten over de mate van gebruik van softdrugs, ondersteunden zij het voortbestaan van Paradiso in huidige vorm. Ze betreurden vooral de ontstane ophef in de media die de noodzaak en rol van het jeugdcentrum in gevaar bracht. Ook werd de inschatting gemaakt dat het gebruik van softdrugs langzamerhand zou normaliseren. Het gebruik paste bij een welkome maatschappijkritische houding. Ook verantwoordelijk wethouder Verheij (C.P.N.) bleef achter het centrum staan: <em>‘Bedacht dien te worden dat [in Paradiso] experimenten plaatsvinden, zowel op het gebied van de muziek als anderszins, die van betekenis zijn en steun verdienen. […]. Als men werkelijk ernst wil maken met een jeugdbeleid, dan moet en mag men het nieuwe niet schuwen, dan moet men niet terugschrikken voor experimenten en evenmin voor fouten en overdrijvingen, die zich daarbij voor kunnen doen.</em>’</p> <p>Achter de schermen werd er in 1969 door de gemeente, politie en justitie toch zeker druk uitgeoefend op het bestuur en de staf van Paradiso. Door aanhoudende berichten in de media stond Paradiso samen met Fantasio op de Prins Hendrikkade al gauw bekend als plekken waar je gemakkelijk softdrugs kon kopen. Verschillende keren hield de Amsterdamse politie toeristen aan die ervan overtuigd waren dat dat op de Weteringsschans zonder enige gevolgen kon. Ook in andere Nederlandse steden werden gebruikers en kleinschalige dealers aangehouden die verklaarden dat ze hun cannabis in Paradiso betrokken hadden. Publiekelijk bleef het college en de gemeenteraad Paradiso steunen, waardoor grootschalig politieoptreden uitbleef.</p> <p><strong>Reconstructieperiode </strong></p> <p>Paradiso zou na de zomer van 1969 toch op eigen besluit tijdelijk sluiten om een reconstructieperiode in te lassen. Paradiso was in korte tijd enorm populair geworden. De enorme toeloop aan bezoekers had de activiteiten van de staf ondermijnd die daarbij te veel had toegegeven aan de ‘eenzijdige behoeften van het publiek’ door vooral keiharde popmuziek te draaien. Bezoekers waren ook steeds meer enkel voor de softdrugs naar het centrum gekomen. Volgens Louis Groen, destijds bedrijfsleider van Paradiso, dreigde het centrum: ‘<em>een besloten, van de rest van de samenleving vervreemd gebeuren te worden, met een te groot accent op de massale consumptieve sfeer</em>.’</p> <p>Tijdens deze maanden bezon de staf en het bestuur zich over een nieuwe koers. Er werden ordehandhavers aangesteld en er werd een bord opgehangen waarop een verbod op drugshandel uitgesproken werd. Ook zou de programmering in de toekomst diverser zijn. Het gebruik van softdrugs an sich moest minder op de voorgrond komen te staan, hoewel het roken niet verboden werd. ‘We vinden nu dat Paradiso niet alleen maar en psychedelisch centrum moet zijn, maar ook een politiserend centrum, want het gaat niet alleen om het scheppen van een alternatieve maatschappij, het gaat ook om het afbreken van oude maatschappijstructuren die niet meer deugen’, aldus Groen bij de heropening.</p> <p>In de jaren die volgende zou het gebruik en de kleinschalige handel van softdrugs niet zomaar verdwijnen. Ondanks het verbod op dealen, wisten bekende bezoekers dat de ‘stuff’ nog steeds vaak in de kelder van Paradiso verkocht werd. Een vast aantal dealers won zo nu en dan het vertrouwen van het personeel. Deze reguliere softdrugsdealers kwamen bovendien handig van pas omdat ze dealers van heroïne uit het pand verjoegen, waarvan de handel en het gebruik vanaf 1972 flink zou toenemen.</p> <p>Paradiso was dus een van de eerste plekken in Nederland waar het gebruik van softdrugs en de handel tot zekere hoogte gedoogd werd. In veel andere jongerencentra in Nederland zou eenzelfde houding worden overgenomen. In sommige gevallen belandde een vaste huisdealer dan zelfs op de loonlijst of kreeg het personeel een vrijgeleide van de plaatselijke officier van justitie. Voor zover bekend is dit in Paradiso nooit aan de orde geweest.</p> <p><em>Arjan Nuijten is promovendus aan de Universiteit van Amsterdam, waar hij onderzoek doet naar de geschiedenis van lokaal drugsbeleid in Nederland. </em></p> <p><em>Later dit jaar zal een symposium volgen in Paradiso over de geschiedenis van drugs en drugsbeleid tegen de achtergrond van Paradiso.</em></p> <p><strong>Bronnen<br /> </strong><br /> Gemeenteblad Amsterdam 1969.<br /> <br /> Stadsarchief Amsterdam, 5320, Gemeentelijk bureau voor de jeugdzorg. 156: Stukken betreffende de aanpak van het drugsgebruik in Paradiso en Fantasio, 1969 – 1970.<br /> <br /> Stadsarchief Amsterdam, 5225.A: Archief van de Gemeentepolitie, 3672: Verdovende middelen en bestrijding der onzedelijkheid in Paradiso en Fantasio, 1968 – 1971.<br /> <br /> Lutgard Mutsaers, <em>25 jaar Paradiso. Geschiedenis van een podium. Podium van een geschiedenis. 1968-1993</em> (Amsterdam 1993).</p> https://hart.amsterdam/rsc/427566 2018-03-23T14:41:59+01:00 2018-03-20T12:31:00+01:00 Pootjes, Nikki https://hart.amsterdam/rsc/1813 De belevenissen van Huub van der Lubbe in Paradiso Momenteel zijn we druk bezig met de voorbereidingen van de tentoonstelling 50 jaar Paradiso. Niemand minder dan Huub van der Lubbe, zanger van De Dijk, bracht een bezoek aan het Amsterdam Museum om de audiotour bij de tentoonstelling in te spreken. <p>Huub heeft met De Dijk ontelbare keren in Paradiso opgetreden. Zijn eerste optreden als hoofdprogramma met De Dijk was in 1985 en had een vrolijke noot. Luister hieronder het fragment waarin Huub vertelt over dat optreden.</p> <p><br /><!-- z-media 427727 {"align":"block","size":"middle","crop":false,"link":false} --></p> <p> </p> <p>Ben je benieuwd geworden naar de verhalen van Huub van der Lubbe? Kom langs in de tentoonstelling en vergeet niet de gratis audiotour te beluisteren.<br />Voor onze Engelstalige bezoekers hebben we de audiotour laten inspreken door Maz Weston, één van de programmeurs van Paradiso.</p> https://hart.amsterdam/rsc/407551 2018-03-20T15:47:15+01:00 2018-02-13T09:25:00+01:00 Pootjes, Nikki https://hart.amsterdam/rsc/1813 Liefde in Paradiso Op deze Valentijnsdag besteden we aandacht aan de liefde in Paradiso. Vanwege het 50-jarige bestaan van Paradiso geven 11 koppels elkaar het ja-woord in de Amsterdamse poptempel. Bij wie sprong nog meer de vonk over tijdens een concert of feest? Voor onze nieuwe tentoonstelling zoeken we foto&#39;s (en verhalen) van zoenende mensen mensen in Paradiso. <p><span>Speciaal vanwege de vijftigste verjaardag van Paradiso opent het Amsterdam Museum eind maart een tentoonstelling over Paradiso. Unieke foto&#39;s van concerten en artiesten, van bijzondere bijeenkomsten en van bezoekers worden afgewisseld met de beroemde Paradiso-posters. </span></p> <p><span>Huib Schreurs, die in de jaren zeventig en tachtig directeur was van Paradiso, verkondigde vaak de Wet van Schreurs: &quot;er moeten veel leuke meisjes zijn, dan wordt het gezellig. Paradiso moet ook een plek zijn waar mensen elkaar ontmoeten.&quot; In Paradiso zijn veel liefdesgeschiedenissen begonnen - sommigen eindigden na een nacht, anderen bestaan nog steeds. En niet alleen jongens met meisjes natuurlijk. De laatste wand van de tentoonstelling is voor de vonken die in Paradiso oversprongen.</span><span> We zijn op zoek naar foto&#39;s van zoenende mensen in de Paradiso, zoals deze foto tijdens het <a title="Ballonnenfeest" href="/nl/page/37374/ballonnenfeest">Ballonnenfeest</a> in 2017.<br /><br /></span>Ben jij het bezit van een mooie zoenfoto? En heb je altijd al eens in een museum willen hangen? Stuur een mail naar <a rel="noopener noreferrer" href="mailto:hart@amsterdammuseum.nl" target="_blank">hart@amsterdammuseum.nl</a> met foto (en het verhaal achter de foto) en wie weet hangt jouw foto binnenkort in de tentoonstelling tussen foto&#39;s van artiesten als Sex Pistols, Kurt Cobain en Snoop Dogg.</p> <p>Let op: de foto moet rechtenvrij zijn en geschikt zijn voor publicatie. <span>Mocht jouw foto geselecteerd worden, dan krijg je twee vrijkaarten voor de tentoonstelling.</span></p> <p><em>De tentoonstelling 50 jaar Paradiso is vanaf 30 maart tot en met 19 augustus te zien in het Amsterdam Museum. Houd onze website en social media in de gaten voor meer informatie over de tentoonstelling.</em></p> <p><em> </em></p> https://hart.amsterdam/rsc/187650 2018-03-20T15:47:36+01:00 2017-02-16T09:54:00+01:00 Annemarie de Wildt https://hart.amsterdam/rsc/32994 Polonaise in Paradiso Paradiso was uitverkocht voor Parels van de Jordaan, waarmee TopNotch luister bijzette aan een uniek muzikaal project rond de bekende en minder bekende namen uit ‘de volksmuziek van de muzikaalste wijk van Nederland’: een verzamel-cd en negen cd’s met Jordaanartiesten als Manke Nelis, Tante Leen, Johnny Jordaan, Zwarte Riek en Louis Davids. <p>In Paradiso werden de klassiekers gezongen door het Zwanenkoor, Willeke Alberti, Thijs Boontjes, Janne Schra, Wende Snijders, Roxanne Hazes, Dries Roelvink, Lucky Fonz III en Mieke Stemerdink. In de zaal veel ouderen, vaak uit de omstreken van Amsterdam, die uit volle borst meezongen - met authentieke ‘Jordaansnik’. Eigenlijk hebben we het concert te danken aan onze burgemeester. Eberhard van der Laan is beschermheer van het Zwanenkoor en toen hij hoorde dat Kees de Koning zich na zijn ontdekkingstocht door de Surinaamse muziek in het Jordaanlied gestort had, nam hij hem mee naar een concert. Normaal treedt het koor vooral op in verzorgingstehuizen en een paar keer per jaar in de Rode Hoed. En nu dus in Paradiso, in hun traditionele kostuum met arbeiderspetten, lange rokken, witte jakjes en rode sjaals.</p> <p><strong>Missie</strong></p> <p>Kees de Koning is een man met een missie. TopNotch maakte vooral  naam met Nederlandse hiphop. Toen Kees zich in het Jordaanlied ging verdiepen, ontdekte hij dat Johnny Jordaan liedjes maakte over zijn wijk, over feesten en over armoede. “Zeg maar: zo’n beetje het oeuvre van Snoop Dogg. Ik zie geen essentieel verschil tussen “Straight Outta Compton” en “Bij ons in de Jordaan”. Maar de uitgave van de <a href="http://top-notch.nl/nieuws/parels-van-de-jordaan-van-start-op-noorderslag-2017">Jordaanklassiekers</a> is meer dan muzikale monumentenzorg, zoals <a href="https://beta.trouw.nl/home/hiphoplabel-geeft-jordaanliedjes-een-nieuwe-ziel~a8a1e7ed/">Trouw</a> het omschreef.  De Koning wil nieuwe mensen, ook jonge muzikanten, in aanraking brengen met het genre. Eerst in Groningen op Noorderslag en nu in <a href="http://3voor12.vpro.nl/nieuws/2017/Eurosonic/ESNS17-Parels-van-de-Jordaan.html. ">Amsterdam</a>. Bij Lucky Fonz III is dat al gelukt. Bij <a href="http://3voor12.vpro.nl/nieuws/2017/Februari/3voor12-Radio-presenteert--De-Parels-van-de-Jordaan.html">3 voor 12</a> vertelt hij enthousiast over het vibrato en de verhalen in de liedjes. Er was veel aandacht in de media, maar vooral na het optreden van Willeke Alberti en het Zwanenkoor in <a href="https://www.youtube.com/watch?v=-PktkC2F1_M">RTL Late Night</a>, met Humberto Tan in polonaise door de studio, barstte de kaartverkoop los </p> <p><!-- z-media 187654 {"align":"block","size":"middle","crop":false,"link":false} --></p> <p><strong>Pikketanissie</strong></p> <p>“Geweldig toch, zo met z’n allen, zo gezellig” zegt een man die voor zijn gezelschap het bier met twee glazen tegelijk haalt, “zo moest het altijd zijn”. Naast me een zoon die zijn vader en moeder meegenomen heeft: die waren, net als veel van de aanwezigen, nog nooit in Paradiso geweest. Tijdens de eerste nummers wordt er nog veel gekletst, maar bij <em>Aan de Amsterdamse grachten</em> barst de hele zaal in zingen uit en later ook bij de refreinen van de bekende liedjes. <em>Bij ons in de Jordaan</em> komt wel drie keer voorbij, en wordt een keer in zijn geheel gezongen door Lucky Fonz III, die waarschijnlijk niet bekend is bij het oudere publiek. Wende Snijders weet de zaal gelukkig stil te krijgen voor ze aan haar ontroerende versie van <em>Amsterdam Huilt</em> begint.</p> <p><!-- z-media 187655 {"align":"block","size":"middle","crop":false,"link":false} --></p> <p>Vlak daarna zet Thijs Boontjes <em>Pikketanissie </em>in en de eerste polonaise slingert door Paradiso. Op een scherm achter het podium een filmpje met de fraaie hoesontwerpen van Erik Kriek.Tijdens de pauze ontmoet ik de mensen van TopNotch, die de speciaal uitgebrachte <em>Parels van de Jordaan</em>-jenever uitschenken en Maarten Eilander die de boekjes bij de cd’s geschreven heeft. We drinken op het succes van het project.</p> <p><strong>Nostalgie</strong></p> <p>Na de pauze zingt Mieke Stemerdink met het Zwanenkoor, in tijgerprint en met getoupeerd blond haar. Stemerdink heeft in 2014 al een album uitgebracht bij TopNotch &#39;Oh Liefde&#39;<span>, met nummers van zowel Tante Leen als Billy Holiday. </span>Aan het einde van het concert komt publiekslieveling Willeke Alberti op het podium. De mobieltjes komen tevoorschijn. En weer wordt een ode gebracht aan de Westertoren. Naast me komt een Hindoestaanse man voorbij met glazen bier, luid meezingend over die mooie Westertoren. Eén van de weinig gekleurde gezichten in het publiek.</p> <p>Stagiair Toma Tsuruta (master student publieksgeschiedenis) is ook op onderzoek gegaan. Hij sprak een vrouw die met haar moeder en vriendin naar het concert was gekomen omdat ze zelf uit de Jordaan kwamen. Ze hoorden de muziek uit hun jeugd en het concert was daarom erg nostalgisch voor hen. Het Amsterdam en de Jordaan van nu zijn niet meer zoals ze vroeger waren. Jammer, maar tijden veranderen. Het viel hen op dat er toch wel wat jongeren bij het concert aanwezig waren, en dat ze ook de teksten kenden. Ze vonden het erg leuk dat die jongeren de muziek ook zo mooi vonden. Twee jonge vrouwen, die bij Paradiso werken, hadden niets met het levenslied, maar vonden het mooi om te zien hoe erg de mensen genoten. Het concert vonden ze zeer interessant als fenomeen, een cultuur die aan het verdwijnen is.</p> <p><!-- z-media 187656 {"align":"block","size":"middle","crop":false,"link":false} --></p> <p><strong>Hazes is basis</strong></p> <p>Na afloop is er in de bovenzaal karaoke met live band. Andre Hazes is geen vertegenwoordiger van het Jordaanlied. “Ik ben een echte Pijper” zei hij over zichzelf. De zangers moeten, met behulp van de cd´s van TopNotch, nog even oefenen op het Jordaan-repertoire want hier geldt: `Hazes is basis&#39;. Hopelijk wordt het event nog vaker herhaald en komen er dan ook mensen op het podium die bijvoorbeeld De Dievenwagen of De Meid Van De Straat zingen.</p>