Zotonic - Atom Feed Module 2024-03-29T07:11:42+01:00 https://hart.amsterdam/nl/ Hart Amsterdammuseum https://hart.amsterdam/rsc/367788 2018-10-05T09:53:08+02:00 2017-12-08T09:28:00+01:00 https://hart.amsterdam/rsc/56500 Herdenking 35 jaar decembermoorden Vandaag op 8 december 2017 staan wij stil bij de 35ste herdenking van de moorden die plaatsvonden in Paramaribo 1982. Het strafproces rond deze zaak loopt nog steeds en de huidige president van Suriname wordt vervolgd als een van de hoofdverdachten. Kunstenaar Kenneth Beeker maakte een kunstwerk aan de hand van de bekende portretten van de vijftien slachtoffers. Dit kunstwerk is te zien in de Amsterdam Galerij van het Amsterdam Museum. <p>Vorig jaar nodigde het Amsterdam Museum mensenrechtenactivist en jurist Lilian Gonçalves - Ho Kang You uit voor een <a href="https://hart.amsterdam/nl/page/118292">lezing over de decembermoorden</a>. Haar man was een van de vijftien slachtoffers. Zij hield een indrukwekkend persoonlijk betoog en sprak zich uit over de gevolgen van deze politieke moorden voor de (internationale) rechtspraak en de Surinaamse en Nederlandse samenleving. Ter afsluiting noemde zij één voor één alle namen van de slachtoffers; na elke naam volgde luid applaus. <span>John Baboeram. Bram Behr. Cyrill Daal. Kenneth Gonçalves. Eddy Hoost. André Kamperveen. Gerard Leckie. Sugrim Oemrawsingh. Lesley Rahman. Surendre Rambocus. Harold Riedewald. Jiwansingh Sheombar. Jozef Slagveer. Robby Sohansingh. Frank Wijngaarde.</span></p> <p>Journalist Usha Marhé filmde een <a href="https://www.youtube.com/watch?v=uy6KRBlrMVc">fragment van de avond</a> waar conservator Annemarie den Dekker in gesprek ging met Kenneth Beeker over zijn kunstwerk, en ik (Imara Limon, conservator) vertelde waarom het zo belangrijk is om ook in het Amsterdam Museum aandacht te besteden aan de decembermoorden. <br /><br /><strong></strong>Maar wie waren de mensen die in 1982 op gruwelijke wijze werden omgebracht in Fort Zeelandia? Allemaal mannen, tegenstanders van het toenmalige militaire regime. Politieke moorden die een &#39;intellectuele onthoofding&#39; van het land teweegbrachten, zoals Kenneth Beeker het mooi verwoordde, schrijft collega Annemarie de Wildt in haar <a href="https://hart.amsterdam/nl/page/124148/boem-boem">blog</a>.<br /><em><br />Vandaag wil ik stilstaan bij de slachtoffers als individuen door beknopte anekdotes te laten zien. Over hun strijd voor democratie en gerechtigheid, en wie zij waren als persoon door de ogen van directe nabestaanden:</em><br /><br />Bronnen<br />- Henna Draaibaar (journalist)<br />- <span><em>Zolang ze praten, blijf ik.</em> Organisatie voor Gerechtigheid en Vrede (OGV). Paramaribo, Suriname. 2001.<br /><br /></span></p> <p><strong>John Baboeram – 8 september 1946</strong></p> <p>“Wat hij in Suriname heeft nagelaten kan ik niet zo eenvoudig beantwoorden. Dat moeten Surinamers in Suriname zelf doen. Ik hoop echter dat zijn gevoel voor rechtvaardigheid en respect voor mensenrechten zijn weerslag vindt in de Surinaamse gemeenschap.” – <em>Kanta Adhin, Paramaribo 2001</em></p> <p>John was de oudste van tien kinderen. Hij was dol op Suriname en voelde zich erg verbonden met onze prachtige natuur. Nadat hij afgestudeerde aan de Surinaamse Rechtsschool vertrok hij naar Nederland. Daar volgde hij een opleiding bij de rechterlijke macht. Hij werkte op de griffie van de rechtbank in Utrecht en werd voorzitter van de welzijnsorganisatie ‘Stichting Surinamers’; een voorbode van zijn veelvuldige pro Deo-werk als advocaat in Suriname.</p> <p>In 1977 vestigde Baboeram zich als advocaat in Suriname en beleefde veel plezier aan zijn werk. Na de militaire coup raakte hij als advocaat betrokken bij verschillende zaken. Burgers, maar ook Sital, Joeman en Mijnals: drie militairen die beschuldigd werden van een tegencoup. John maakte zich grote zorgen, want hij zag al vanaf het begin het gevaar van het afglijden van de rechtsstaat. Vandaar dat hij in verschillende rechtszaken het onrechtmatig handelen van het Militair Gezag aan de orde stelde. John kon zich volledig vinden in de drang van wie dan ook naar vrijheid, democratische structuren en bescherming van de fundamentele rechten van de mens. Hij raakte betrokken bij de democratiseringsbeweging en dat werd hem fataal.</p> <p> </p> <p><strong>Bram Behr – 18 januari 1951</strong> </p> <p>Thuis was hij Brammetje. Niet omdat hij kleiner of jonger was, maar het paste beter bij hem. De tweede van zes kinderen. Bescheiden en behulpzaam, de slimste thuis en vol plagende humor. Tegelijk was hij een broer die gedreven was om zijn opvattingen en doelen te realiseren. Nooit bang om de lastige dingen te doen. Of het nou een ‘boro’ was in theater Star, of een leerkracht corrigeren of opkomen voor de rechten van anderen: Bram stond recht overeind en bestreed krachtig alle onrecht.</p> <p>Bram was een van de topviolisten, eerst in het CCS Jeugdorkest en later in het Surinaams Philharmonisch Orkest als eerste violist. Hij speelde in een band, arrangeerde erop los en bespeelde vele andere instrumenten. Zijn tweede echte ding was lesgeven in wiskunde en natuurkunde op de Mulo. Terwijl hij nog in het laatste jaar zat van de St. Paulusschool, haalde hij alvast zijn LO Wis- en Natuurkunde. Na de AMS werd hij direct aangesteld als leerkracht op de Mulo in Moengo.</p> <p>Thuis werden we door Bram onderricht in socialisme en vooral mensenrechten. Het begon in zijn AMS-tijd, dat wij werden betrokken bij iedere vorm van onrecht welke hij dagelijks ondervond. Hij toetste dan zijn opvattingen en eventuele acties bij broer Henri en vader Jacques. Lange gesprekken die vaak resulteerden in het publiceren van artikelen, het maken van fotoreportages en vaak stevig actievoeren ter ondersteuning van de benadeelden.</p> <p>Bram, een zeer begaafde jonge Surinamer, vol humor, kritisch en altijd gepassioneerd vechtend voor het verbeteren van de rechten van de mens, zich onbaatzuchtig inzettend voor zijn idealen: een vrij Suriname, waar een ieder in gelijkwaardigheid welzijn en welvaart zou mogen ervaren. </p> <p> </p> <p><strong>Cyrill Daal – 29 mei 1936</strong></p> <p>“Cyrill was een goede kok. Elke zaterdag kookte hij aan de Coppenamestraat waar het gebouw van de Moederbond nu nog steeds staat. Hij hield van zijn medemens.” – <em>Eddy Daal, december 2001</em> </p> <p>Verschillende mensen hebben Cyrill Daal geadviseerd Suriname te verlaten tijdens de militaire dictatuur, maar hij zei: “Nee, ik sterf voor mijn land. Als ik wegga, ben ik een verrader”.</p> <p>Als Cyrill Daal zijn toelatingsexamen voor de mulo-school heeft gedaan, wordt hij onwel. Hij was namelijk zonder eten naar school gegaan, omdat zijn moeder geen geld had voor brood. Cyrill was het oudste kind. Tussen hem en het volgende kind zaten acht jaar en vanwege dit grote leeftijdsverschil nam hij min of meer de vaderrol op zich voor zijn broertjes en zusjes. Hij was de huishoudelijke rechterhand van zijn moeder, die er alleen voor stond en tot ’s avonds laat werkte. Hij kookte voor de anderen, waste hun kleren en baadde hen.</p> <p>Na de mulo-school ging Cyrill naar de Rechtsschool. Deze maakte hij niet af, maar het was voldoende voor hem om een belangrijke bijdrage te leveren aan het arbeidsrecht in Suriname. Cyrill heeft een gevarieerd werkverleden: hij werkte als leerling-verpleger bij PCS (vroeger LPI), daarna bij EBS als meteropnemer en werkte zich op tot afdelingschef, om zich daarna volledig op vakbondswerk te storten. Van 1972 tot zijn dood was Daal voorzitter van de Moederbond. Twee dagen voor zijn dood was hij bij zijn moeder, die speciaal voor hem wat ‘decemberorchideeën’ had bewaard. Cyrill hield van orchideeën, maar die dag was zijn antwoord “Nee ma, mi no tek’ den. Dat zou zonde zijn en voor niemendal”. </p> <p> </p> <p><strong>Kenneth </strong> <strong>Gonçalves – 16 november 1940</strong></p> <p>“Net als alle andere veertien slachtoffers het op hun eigen manier deden, heeft Kenneth getoond dat, indien democratie niet vanzelfsprekend is, je daarvoor een hoge prijs moet betalen.“ <em>– Lilian Gonçalves, december 2001</em></p> <p>Kenneth Gonçalves werd op school als ‘lastig’ beschouwd en op dertienjarige leeftijd naar Nederland gestuurd. Daar bleek dat hij niet zozeer ‘ondeugend’ was als wel intelligent, wat binnen het Surinaamse klassikale systeem niet goed tot zijn recht kwam.</p> <p>Na zijn studie ging Kenneth in Nederland werken op het kabinet van de gevolmachtigde minister voor Suriname en na zijn terugkeer naar Suriname in 1967 werd hij benoemd tot directeur van het kabinet van de minister-president. Later, als advocaat, bleef hij grote belangstelling tonen voor staatsrechtelijke aangelegenheden.</p> <p>Na de militaire staatsgreep zette hij zich in voor herstel van de democratie die voor hem een op zichzelf staande waarde was, waar geen mens of instituut boven stond. Kenneth was als deken van de Orde van Advocaten een steeds terugkerende (mede-)ondertekenaar van een aantal open brieven aan Bouterse waarin bezorgdheid werd geuit over de rechtsstaat. Op 8 december 1982 is Kenneth Gonçalves samen met drie medebestuursleden doodgeschoten. Zijn dochter Valerie was toen vier jaar. Lilian Gonçalves: “Als ik me ooit iets afvraag, dan is het wel hoe de relatie tussen die twee zou zijn.”</p> <p>  </p> <p><strong>Eddy Hoost – 21 oktober 1934</strong></p> <p>“Elke keer als je struikelt of valt, zal ik er zijn om je op te vangen of je de hand te reiken, zodat je kan opstaan totdat je zonder mijn hulp kan. Wat er ook gebeurt, ik zal er altijd voor je zijn. Op een dag ben ik het die struikelt of valt en ik weet nu al dat jij er zal zijn om mij op te vangen.” <em>– Eddy Hoost geciteerd door zijn zoon in het boekje ‘Zolang ze praten, blijf ik’</em></p> <p>‘Meester’ Eddy Hoost was een Surinamer in hart en nieren. Hij vond het niet prettig om te praten over hindoestanen, creolen, enzovoor; hij sprak liever over Surinamers.</p> <p>Hoost startte zijn carrière als onderwijzer, werkte bij de Kosteloze Rechtsbijstand en op een advocatenkantoor en volgde de avondstudie aan de Rechtsschool. Hij was vakbondsman bij C47, lid van de Partij Nationalistische Republiek en werd de eerste minister van Justitie en Politie met later ook de post Defensie erbij.</p> <p>Na zijn politiek carrière was hij werkzaam als jurist en bouwde aan een goede reputatie als strafpleiter. Als mensen met een probleem bij hem kwamen die niet konden betalen, nam hij de zaak toch aan omdat hij tegen onrechtvaardigheid was. Hij zei hen dan dat ze zich geen zorgen hoefden te maken en soms werd hij betaald in fruit of groente.</p> <p>Na de zogenaamde Rambocuscoup trad Hoost op als raadsman van de verdachte Surendre Rambocus. Dat is hem fataal geworden.</p> <p> </p> <p><strong>André Kamperveen – 27 september 1924</strong></p> <p>“Wat ik jammer vind is dat hij vermoord is door iemand die hij vertrouwde.” <em>– Johnny Kamperveen, december 2001</em></p> <p>‘Ampie’ was van jongs af aan de troetelnaam van André, en zo bleef het. Hij ontpopte zich al gauw tot een talentvolle beoefenaar van uiteenlopende sporten, maar voetbal werd zijn grote liefde. Hij vertegenwoordigde Suriname verschillende keren in het nationaal elftal en werd ook geselecteerd voor het Caribische elftal. In de tweede helft van de jaren vijftig verrtrok André naar Nederland, waar hij werd opgeleid tot sportleider en voetbalde als eerste Surinamer in de hoogste divisie van Nederland. Terug in Suriname werd Ampie de grote promotor van sport en ontpopte hij zich als een duizendpoot die met verschillende projecten bezig was. Hij richtte zijn eigen Radio ABC op, dat zich al snel ontwikkelde tot een sociaal betrokken, en een van de populairste, radiostations. Misstanden werden aan de kaak gesteld in zijn eigen programma ‘Man van de straat’.</p> <p>Na de militaire machtsovername in 1980 dacht hij mogelijkheden voor vooruitgang van de sport en van Suriname als land te zien en werd minister van Jeugd, Sport en Cultuur. Toen bleek dat de militairen niet van plan waren verkiezingen uit te schrijven en de democratie te herstellen, trad Ampie af. Hij sloot zich aan bij de democratische, vreedzame protestbeweging. Radiostation ABC, dat de ontwikkelingen sindsdien kritisch volgde, werd in de nacht voor zijn dood als ‘destabiliserend’ bolwerk in de as gelegd door militairen.</p> <p>Kamperveen stond voor topkwaliteit in alles wat hij deed. De functies die hij onder meer bekleedde zijn: voorzitter Surinaamse voetbalbond, eerste president van de Caribbean Football Union, vice president van Concacaf en hoofdbestuurslid van de FIFA.</p> <p>Ter nagedachtenis aan André Kamperveen is het nationaal voetbalstadion in Paramaribo naar hem vernoemd. </p> <p> </p> <p><strong>Gerard Leckie – 6 maart 1943</strong></p> <p>&quot;Je kon altijd met problemen naar hem toe&quot;, vertelt een zus in het boek ‘Zolang ze praten, blijf ik’. &quot;Hij had altijd een oplossing. Hij wist je echt tot rust te brengen. Dat was ook zijn beroep: hij was psycholoog.&quot;</p> <p>Praten was het wapen van dr. Leckie. Hij kon mensen overreden, en dan niet om zijn gelijk te halen, maar om hen te stimuleren door te zetten. Gerard was eigenlijk wars van politiek.</p> <p>Vóór de militaire coup hield hij zich daar ook niet mee bezig. Reizen en zijn familie waren zijn hobby&#39;s. Hij vond het belangrijk dat zijn kinderen wat van de wereld zagen. Maar als voorvechter van brede inspraak en academische onafhankelijkheid werd hij onvermijdelijk tot tegenstander van het regime van politieke discriminatie, zeker in het explosieve jaar 1982.</p> <p>Het zijn gespannen dagen in 1981 en 1982 op de Universiteit van Suriname, als het wetenschappelijk personeel onder aanvoering van de VWPU, waarvan Gerard voorzitter is, naar een oplossing zoekt voor de losgebarsten machtsstrijd die de universiteit lamlegde. Het militaire regime wilde onder het mom van ‘vernieuwing’ de universiteit politiseren. Gerard wilde vasthouden aan de democratische en academische waarden, en de autonomie van de universiteit. Er kwamen heel veel vlugschriften van zijn hand. Gerard zei geen tegenstander van vernieuwing te zijn, maar hij verzette zich tegen het onderwerpen van de wetenschap aan de ideologie.</p> <p>Wie de stukken van en over Gerard erop naslaat kan maar één conclusie trekken: hij was een democraat van het zuiverste soort, en stelde het algemeen belang boven het individuele (groeps)belang. Gerard was helder over de rol die de universiteit zou moeten hebben. ‘De universiteit is voor en door de samenleving. Haar taakstellingen zijn goed onderwijs verzorgen, voor Suriname relevant onderzoek verrichten en diensten aanbieden aan de samenleving.&quot;</p> <p> </p> <p><strong>Sugrim Oemrawsingh – 25 augustus 1940</strong></p> <p>“De boodschap die Sugrim heeft nagelaten is de aansporing, bijna een opdracht, om te blijven vechten voor vrijheid en democratie en niet met minder genoegen te nemen, ook al zijn er tegenslagen en lijkt opgeven het gemakkelijkst.” <em>– Citaat uit ‘Zolang ze praten, blijf ik’</em></p> <p>Sugrim was, naast doortastend wetenschapper, vooral Surinamer in hart en nieren. Na het behalen van zijn AMS-diploma vertrok hij naar Nederland voor verdere studie, behaalde zijn bul in de wis- en natuurkunde en promoveerde op het gebied van computerprogrammering. Terug in Suriname legde hij zich toe op de oprichting van het Universitair Computercentrum.</p> <p>Ondanks de moord op zijn broer Baal Oemrawsingh door de militairen in maart 1982 bleef hij in zijn geliefd Suriname, ondanks alle waarschuwingen. Hij toonde zich in zijn eigen woorden ‘een man van principes en geen lafaard die vlucht’. Zo groot was zijn optimisme, het geloof dat de democratie in Suriname hersteld zou worden, en dat het een ‘waardige zaak was om voor te vechten’. <br /> <br />Alle optimisme ten spijt werd hij toch opgepakt zonder in staat van beschuldiging te zijn gesteld. Zelfs toen Oemrawsingh in oktober 1982 in vrijheid werd gesteld, peinsde hij er niet over het land te verlaten, hoewel zijn vrijheid en leven werden bedreigd. Op 8 december 1982 is hij doodgeschoten in Fort Zeelandia.</p> <p> </p> <p><strong>Lesley Rahman – 2 september 1954</strong></p> <p>Lesley Rahman vroeg tijdens de persconferentie van Bouterse, na de executie van Hawker, “of hier sprake was van de ene illegale couppleger die de andere illegale couppleger op brute wijzen vermoordt. Waar blijft de rechtsstaat?” <em>– Citaat uit ‘Zolang ze praten, blijf ik’</em></p> <p>Lesley (‘Lesje’) was het vijfde kind in een gezin van zes en woonde in 1982 samen met zijn jongste zus nog bij moeder. Lesje was intelligent en had een scherp analytisch vermogen, wat hem goed van pas kwam in zijn latere journalistieke werk. Hij was een bescheiden man, sprak weinig maar schreef des te meer. Zijn gevoel voor rechtvaardigheid en moreel besef brachten hem al op negentienjarige leeftijd in contact met de linkse bewegingen in het land: het Democratisch Volksfront, de Federatie van Arme Landbouwers en de vakcentrale C47. Hij had grote belangstelling voor de rechten van de mens, in het bijzonder voor het recht op vrije meningsuiting, het recht op vereniging en vergadering en de sociale en economische grondrechten.</p> <p>Toen op 7 april 1982 collega-journalist Bram Behr door de militaire politie werd gearresteerd, klom Lesje in de pen. Zijn artikel in De Ware Tijd verscheen onder de kop: &#39;Het herstel van de rechtsstaat: de arrestatie van Bram Behr als bewijs van het tegendeel’. Het artikel maakte veel reacties los.</p> <p>Lesje was ervan overtuigd dat voor een progressieve ontwikkeling in Suriname eenheid van de Surinamers noodzakelijk was, ongeacht religieuze of etnische afkomst. Hij bleef hameren op de noodzaak van de democratische rechten en vrijheden daarbij. Hij was amper 28 jaar toen hij slachtoffer werd van de decembermoorden.</p> <p> </p> <p><strong>Harold Riedewald – 12 januari 1933</strong></p> <p>Behalve in toneelspelen is Riedewald ook zeer begaafd in het zingen - vooral EBG liederen - en het dichten. Hij is altijd vrolijk, joviaal en optimistisch. “Als iemand boos op hem was verontschuldigde hij zich met een buiging.” <em>– Jenny Karamat Ali, december 2001</em></p> <p>Harolds moeder was een eenvoudige vrouw en werkte een groot deel van haar leven als schoonmaakster. Omdat Harold zich al vroeg bewust was van wat er om hem heen gebeurde, was hij reeds op jeugdige leeftijd geïnteresseerd in alles wat te maken had met rechtvaardigheid. Na zijn afstuderen aan de Surinaamse rechtsschool was hij eerst substituut-officier en later officier van justitie. Mensen aanklagen, beschuldigen en veroordeeld krijgen, brak hem echter steeds meer op. Na een periode als ambteloos burger keerde hij terug op het rechtspodium. Ditmaal als verdediger van de aangeklaagde mens. Hij stond te boek als een van de beste strafpleiters en deed zijn werk met veel passie.</p> <p>Eigenlijk was er na de militaire coup geen werk meer voor Harold als strafpleiter, want er was geen recht meer. De militairen bepaalden wie op grond van een klacht werd opgehaald om te worden gestraft. Zelfs als het om burenruzies ging. En daar had hij grote moeite mee. Dat hij de verdediging van deelnemers aan de Rambocuscoup van maart 1980 op zich nam, moet dan ook als een vroege poging van hem worden gezien de rechtsstaat te redden. “Wie geweld gebruikt, roept het ook op”, daar kwam zijn pleidooi op neer. Harold Riedewald was wars van agressie en zag in weinig zaken een probleem, hij koos voor de vrede.</p> <p> </p> <p><strong></strong><strong>Surendre Rambocus – 5 mei 1953</strong></p> <p>“Zij die vreedzame revoluties onmogelijk maken, maken gewelddadige revoluties onvermijdelijk. Geweld van de staat roept tegengeweld bij de burgerij op en als er geen rationele conflictoplossing komt, zal de spiraal van geweld uiteindelijk leiden tot ontbinding van de staat.” <em>– Laatste woorden van Rambocus tijdens het militair tribunaal</em> </p> <p>Als zoon van een politie-inspecteur waren orde, tucht en discipline de elementen waarmee Surendre (‘Soerinder’) opgroeide en die bepalend zouden zijn voor zijn verdere leven. Na het lyceum vertrok hij naar Nederland om te studeren aan de Koninklijke Militaire Academie te Breda. In 1978 legde hij het officiersexamen met succes af, keerde terug naar Suriname en trad in dienst van de krijgsmacht. </p> <p>Toen de staatsgreep van 25 februari 1980 een feit was, was Soerinder er niet direct bij betrokken. Later zou hij zich met nog enkele andere jonge officieren scharen achter de nieuwe machthebbers en werd hij benoemd tot eerste man van het Nationaal Leger, met als opdracht de orde en discipline te handhaven. Ondanks de aansluiting bij de coupplegers stond één ding voor hem vast: militairen horen in de kazerne thuis en niet ergens anders. Wellicht was dat de aanleiding dat het Militair Gezag hem tot drie keer toe liet arresteren en uiteindelijk zou dwingen Suriname te verlaten. Na korte tijd kon hij echter met toestemming weer terugkeren. Op 11 maart 1982 ondernam hij met enkele militaire vrienden in de vroege ochtend een gewapende opstand tegen het militaire regime, in een poging de democratie te herstellen. Deze coup mislukte door ‘verraad’ binnen de eigen gelederen.</p> <p>Rambocus ligt begraven naast medestrijders die om het leven zijn gebracht. Op zijn graf staan de woorden: “Suriname zal vrij worden”.</p> <p> </p> <p><strong>Jiwansingh Sheombar – 15 april 1957</strong> </p> <p>In december 1982 zegt Jiwansingh tegen zijn familie: “Als ze mij ‘s nachts komen halen, dan ben ik er niet meer.” Zo is het ook gegaan. <em>– Citaat uit ‘Zolang ze praten, blijf ik’</em></p> <p>Jiwansingh was de derde uit een gezin van negen kinderen. Als kind was hij zeer sociaal en hield hij erg van mensen. Komend uit een echt voetbalgezin, was hij een enthousiast voetballer. Na de mulo-school vervulde hij zijn dienstplicht en ging daarna naar Nederland om beroepsmilitair te worden. </p> <p>Tijdens de coup van 1980 was hij in Nederland. Hij studeerde met een beurs en kwam in 1981 terug. Eigenlijk wil zijn vader hem terugsturen, maar hij wilde werken voor zijn land en wilde zijn vrienden niet in de steek laten. In maart 1982 was Jiwansingh betrokken bij de ‘Rambocuscoup’. Hij wordt opgesloten en veroordeeld. Opkomen voor je rechten onder moeilijke omstandigheden; daar stond Sheombar voor. Zijn dood is een groot verlies voor de familie die alles voor hem betekende. Elk diploma en insigne werd standaard aan zijn vader opgedragen. Voor zijn familie leeft hij voort in hun herinnering als een goed mens.</p> <p> </p> <p><strong>Jozef Slagveer – 25 januari 1940</strong></p> <p>“Hij heeft fanatiek voor de onafhankelijkheid van zijn land gestreden en ontwikkelde zich tot een voorname politicus.” <em>– John Slagveer, december 2001</em></p> <p>Een vurige journalist, zo werd Slagveer in zijn glorietijd door de massa gezien. Jozef kreeg het geregeld aan de stok met de autoriteiten. In 1973 zat hij drie dagen vast tijdens een politieke staking. Hij werd ervan verdacht medewerking te hebben verleend bij een actie van geweldloze maar verstrekkende burgerlijke ongehoorzaamheid. &quot;Maar Jozef handelde altijd uit diepe overtuiging, waarbij het hem om land en volk ging&quot;, zegt zijn broer.</p> <p>Hij had ook een belangrijk aandeel in het onthullen van corruptieschandalen, waarbij vooraanstaande personen betrokken waren.</p> <p>In 1980 werd hem door de militaire machthebbers gevraagd mee te helpen in het ‘revolutionaire proces’. Slagveer ging in op het verzoek van de militaire leiders, die het bestuur van het land met geweld hadden overgenomen. Toen echter de corruptie hoogtij vierde binnen het nieuwe regime en het Militair Gezag definitief een militaire staat wilde vestigen, verbrak Jozef de banden met de dictatuur, wat hem niet in dank werd afgenomen.</p> <p>Jozef ging gebukt onder de afglijdende situatie waarin het land zich bevond, temeer daar hij vertrouwen had gegeven aan de militairen die hij als ‘vrienden’ had beschouwd. In zijn dagboek schreef hij: &quot;Ik kan mijn gedachten niet meer bijhouden. Sinds ik het weet, holt mijn leven voor me uit. Ik ben machteloos, ik ren achter mezelf aan&quot;. In de vooravond van 7 december 1982, de dag voor zijn executie, las Jozef op de televisie de verklaring voor dat hij zich bezighield met het voorbereiden van een coup. Het was duidelijk merkbaar dat hij mishandeld was en onder dwang de verklaring voorlas.</p> <p> </p> <p><strong>Robby Sohansingh – 4 juni 1945</strong></p> <p>“Er zijn tekenen aan de wang dat immoraliteit, intriges en verraad, illegaliteit en corruptie een hoge vlucht zullen nemen in Suriname, omdat de dictatuur de situatie niet onder controle zal kunnen houden.” <em>– Citaat van Somradj (‘Robby’) Sohansingh in ‘Zolang ze praten, blijf ik’</em></p> <p>Creativiteit zat hem in het bloed. Musiceren was zijn hobby. Zijn publiek was vooral zijn familie, een gezin van acht kinderen van wie hij het tweede kind en oudste zoon was.</p> <p>Na zijn bedrijfskundige studie hielp hij zijn vader bij de leiding van het familiebedrijf; eerst transport, later onder meer steenslag. Omdat hij ook burgers in nood concrete hulp en oplossingen bood, groeide hij uit tot een landelijk alom gewaardeerde zakenman. Robby wist haarfijn op een creatieve wijze zakendoen en sociaal zijn te combineren. Deze eigenschappen maakten ook dat hij erg geliefd was bij zijn personeel.</p> <p>Al tegen het eind van 1980 zag Robby dat het land bergafwaarts ging. Hij stoorde zich aan het brute geweld van de militairen en de toenemende rechteloosheid. In de maanden voor zijn dood gaf hij steeds openlijker kritiek op de aantasting van burgerlijke vrijheden en als producent had hij als geen ander zicht op de grote mate waarin de militairen zich de natuurlijke hulpbronnen toe-eigenden. Net zoals vele anderen met een andere politieke mening kreeg ook Robby het etiket ‘contrarevolutionair’ opgeplakt. Na de mislukte Rambocuscoup van maart 1982 werd hij wegens &#39;zijdelingse betrokkenheid&#39; aangehouden en kaalgeschoren op de televisie getoond.</p> <p>Zijn zaak zou verder worden afgehandeld op 8 december 1982 bij het Bijzonder Gerechtshof. De verwachting was vrijspraak. Robby werd geëxecuteerd, valselijk beschuldigd als ‘medefinancier van een verijdelde CIA-couppoging’.</p> <p> </p> <p><strong>Frank Wijngaarde – 14 augustus 1939</strong></p> <p>“Frank Wijngaarde, mijn vader en een van Surinames helden, is onterecht veel te vroeg van ons heengegaan, maar zijn naam staat in gouden letters op de donkere bladzijden van de Surinaamse geschiedenis.” <em>– Esmeralda Wijngaarde, december 2001</em> </p> <p>Frank’s opvatting was dat militairen waren getraind om met oor- en oogkleppen op alle obstakels uit de weg te ruimen. Hij was er dan ook van overtuigd dat de militaire staatsgreep het einde van een democratisch Suriname betekende. De vooruitziende blik van de Frank was gestoeld op een verfijnd politiek inzicht. Als jongeman had hij reeds een brede interesse in de politiek. In Nederland was hij vaak te vinden onder filosofen, politicologen en idealisten. Na enkele jaren werkzaam te zijn geweest bij een prestigieuze krant, besloot hij politicologie te gaan studeren. Hoewel hij het naar zijn zin had in Nederland, keerde hij vol goede moed en met zijn politieke kennis en idealen terug naar Suriname, net na de onafhankelijkheid.</p> <p>Frank fungeerde als een spiegel voor de politieke orde. Met dezelfde kritische inslag volgde hij de dictatuur die zijn intrede deed. Hij maakte het tot zijn persoonlijke missie om politiek bewustzijn te creëren bij zijn Surinaamse broeders en zusters. In een tegencoup geloofde hij niet, omdat daar ook geweld voor nodig was en daarmee het probleem niet opgelost werd. Het antwoord lag volgens hem in een verandering bij het volk, waarbij ieder zijn stem moest laten horen in plaats van passief toe te kijken hoe de samenleving werd verziekt door corruptie en intimidatie.</p> <p>In elk geval liet Frank zijn stem horen, elke middag op Radio ABC. Samen met zijn collega&#39;s Johnny Kamperveen en Pearl Antonius, het ‘drietal van ABC’, stak hij niet onder stoelen of banken het niet eens te zijn met de praktijken van de zogeheten ‘revolutionairen’, terwijl duizenden meeluisteren. De militairen zagen in hem een ‘obstakel’ dat moest worden ‘opgeruimd’.</p> https://hart.amsterdam/rsc/125435 2017-01-03T16:48:19+01:00 2016-12-06T11:45:00+01:00 Annemarie de Wildt https://hart.amsterdam/rsc/2184 Pietenmasker als surprise Zijn er ook dit jaar tijdens pakjesavond themagedichten en surprises voorgelezen en uitgepakt over het Zwarte Pieten-debat? Vier jaar geleden kreeg de Amsterdams-Surinaamse kunstenaar Iris Kensmil een Pietenmasker met een traditionele én vernieuwde Piet als Sinterklaassurprise. <p><!-- z-media 125436 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} --></p> <p>Iris’ partner Ferdinand van Dieten bewerkte een papieren Zwarte Pieten-masker met opmerkelijke blauwe ogen. De originele rechterhelft voorzag hij van het woord ‘fout’. Hij beschilderde de linkerhelft tot een zogenaamde Roetvegen Piet en schreef daarboven ‘leuk’.</p> <p><strong>Zwarte Pietendebat</strong></p> <p>Ferdinand verwees met zijn masker naar het debat over het uiterlijk van Zwarte Piet, dat in 2011 weer losgebarsten was met de actie <em>Zwarte Piet is Racisme</em> van Quinsy Gario en Jerry Afriyie. Iris Kensmil heeft veel kunstwerken gemaakt over de geschiedenis en emancipatie van zwarte mensen. Het gedicht refereert aan haar werk, aan een reis naar Afrika en haar thema&#39;s, zoals <a title="Du Bois" href="https://nl.wikipedia.org/wiki/William_Edward_Burghardt_Du_Bois">Du Bois</a> (W.E.B. <em>Du Bois</em><span> – Amerikaanse socioloog en mensenrechten-activist) en <a title="Granman" href="https://nl.wikipedia.org/wiki/Gaanman">Granman</a> (een leider van de Marrons – weggevluchte tot slaaf gemaakten). In de voorlaatste strofe hekelt ‘Pieterbaas’  het inferieur afbeelden van ‘negers’ en de ‘suprematistische zelfbeelden’ en ‘ongeïnteresseerde eigenwaan&#39; van de mensen die zich daaraan schuldig  maken. </span></p> <p><span><!-- z-media 125437 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} --></span></p> <p><span>Op 6 december 2012 had ik een afspraak met Iris vanwege het project met CBK-ZO dat zou resulteren in haar drieluik <a href="https://hart.amsterdam/nl/page/27974/out-of-history">Out of History</a>. Ze vertelde over haar surprise en ik vroeg Iris en Ferdinand of zij het masker en gedicht zouden willen schenken aan het museum, als een voorbeeld van de manier waarop het Pietendebat ook zijn weerslag had in surprises. </span></p> <p><span><span>We horen graag over andere voorbeelden van verwerking van het Zwarte Pietendebat in gedichten en surprises.</span></span></p> <p> </p> https://hart.amsterdam/rsc/124148 2016-12-05T19:52:05+01:00 2016-12-04T22:06:00+01:00 Annemarie de Wildt https://hart.amsterdam/rsc/32994 “Boem! Boem! Zowel in Amsterdam als in Paramaribo zijn gedenktekens voor de slachtoffers van de Decembermoorden. Beiden bevatten de namen van de 15 mannen die op 8 december 1982 gemarteld en vermoord zijn door het militair regime onder leiding van Bouterse. In de Galerij van het Amsterdam Museum hangt nu het werk van Kenneth Beeker, met juist de gezichten van de mannen die streden voor de democratie. Aanstaande disdag spreekt mensenrechten activist Lilian Gonçalves - Ho Kang You over de Decembermoorden. <p>Edgar Cairo schreef meteen na de moorden een tekst, die als hoorspel uitgezonden werd. “Langzaam begint het tot ons door te dringen. Ze hebben dat restje demokratie dat er was nu finaal stukgeschoten. Er zijn branden geweest, vertelt de radio. En slachtoffers. En executies. Vluchtelingen die via Frans Guyana hun berichten doorbellen hebben ’t laten weten. Meer is er voorlopig niet bekend. Maar ik weet precies wat er zich afgespeeld heeft. De Kromanti, die eigenlijk geen engelbewaarder is maar een zogenaamde winti, zeg maar, een geest, die laat mij in het helderste moment van meebeleven weten: Boem! Boem! De demokratie is stukgeschoten!<span>”</span></p> <p><strong>Onverzoenlijkheid </strong></p> <p>Ida Does vertelde tijdens het verzamelen van rolmodellen voor Zwart Amsterdam over de gedenksteen in de Mozes en Aaronkerk aan het Waterlooplein. “Pal tegenover de Dokwerker, dat mooie symbool van de onverzoenlijkheid tegenover de Jodenvervolging. In onze  strijd voor gerechtigheid in Suriname voelen we ons daarmee verbonden”. In oktober nam Ida Does Eddy Wijngaarde, broer van een van de slachtoffers, mee naar het Amsterdam Museum om naar het werk van Kenneth Beeker te kijken. Ze pakte haar iPhone en <a href="https://www.facebook.com/ida.does/videos/pcb.10153772307811152/10153772286971152/?type=3&amp;theater">filmde</a> Eddy die aan bezoekers vertelde over de impact van de moorden en het feit dat het proces nog steeds loopt. </p> <p><!-- z-media 124156 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} --></p> <p>Wijngaarde is blij met het werk en probeert het ook in Paramaribo te tonen. “Er is te weinig aandacht voor de Decembermoorden. Mensen denken dat het goed gaat in Suriname, maar het land is failliet. Niet alleen economisch, maar vooral moreel.” Kenneth Beeker noemde de moorden een ‘intellectuele onthoofding’ van Suriname. Eddy: “Suriname is klein. Om je de impact van de moorden voor te stellen op een Nederlandse schaal zou je 15 moeten vermenigvuldigen met 50. Stel je voor dat op één avond 750 vooraanstaande mensen vermoord zouden zijn. “</p> <p><strong>Huiveringwekkende plek</strong></p> <p>Ik ben tijdens mijn laatste bezoek aan Suriname weer gaan kijken in het Surinaams Museum, gevestigd in Fort Zeelandia. Op bastion Veere van het fort werden de mannen vermoord. Een huiveringwekkende plek.<br /><!-- z-media 124151 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} -->In 2009 heeft president Venetiaan er een gedenksteen onthuld. In een tekst in het Surinaams museum worden zowel de Decembermoorden als de slachting in Moiwana in 1986 genoemd.</p> <p><strong>Vluchtpoging</strong></p> <p>In het in 2015 geopende Legermuseum is Bouterse’s versie van de geschiedenis te lezen. Met enige tegenzin ging ik naar het museum midden in de Memre Boekoe kazerne. Ik wilde toch dit museum zien juist omdat ik van veel mensen gehoord had dat het alleen maar propaganda voor Bouterse is. Het museum is een grote ruimte met een nogal willekeurige verzameling binnen- en buitenlandse uniformen, wat legervoertuigen en wapens, souvenirs van de TRIS (Nederlandse Troepenmacht in Suriname).<!-- z-media 124153 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} -->Er hangen enkele, nogal slechte,  portretten van de ‘visionaire leiders’ Simón Bolivar, Fidel Castro, Hugo Chavez en Desi Bouterse. Plus veel borden met lange teksten onder andere over de ‘oppositionele acties tegen het regiem Bouterse’: “Enkele mensen die met het buitenland bezig waren acties voor te bereiden om de macht in Suriname over te nemen werden gearresteerd en naar het Fort Zeelandia overgebracht. Enroute naar de kazerne, in de nacht van 8 op 9 december 1982, ondernamen zij naar zeggen van de toenmalige leiding, een vluchtpoging, waardoor 15 van hen ons kwamen te ontvallen.” </p> <p><!-- z-media 124154 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} -->Als ik er ben, is er ook een schoolklas. Regelmatig komen groepen kinderen in schooluniform naar de jeeps en wapens kijken, en krijgen dan ook deze visie op de geschiedenis mee. Geen wonder dat er bij veel mensen die ik sprak in Suriname een stemming heerst van ‘zand erover, het is zo lang geleden’. Of ‘we zullen de waarheid wel nooit te weten komen’. Maar toch ook onderhuidse onvrede en gelukkig bij de laatste onafhankelijkheidsviering een groepje demonstranten dat zich eerst ‘Wij zijn moe’ noemde, maar nu ‘<a href="https://www.facebook.com/wezijnMOE/">Wij zijn moe-dig</a>’. Dapper inderdaad, want zoals iemand me zei: ‘als ambtenaar wordt je meteen ontslagen als je demonstreert ’.</p> <p><strong>Strafproces</strong></p> <p>Aanstaande dinsdag 6 december geeft mensenrechtenactivist en jurist Lilian Gonçalves - Ho Kang You in het Amsterdam Museum een lezing en Q&amp;A over de Decembermoorden. Haar ma<span>n Kenneth Gonçalves was een van de vijftien slachtoffers. De politieke moorden zijn nog altijd actueel. Begin 2017 heropent het strafproces rond deze zaak, met als hoofdverdachte Desi Bouterse, de huidige president van het land. Gaat de vervolging door en zal er een uitspraak komen? </span></p> <p>Inloop: 15:30 uur<br /> Lezing en Q&amp;A: 16:00 - 17:00 uur<br /> Aanmelden: via i.limon@amsterdammuseum.nl<span> </span><br /> Entree: gratis<br /> Locatie: Amsterdam Galerij (naast de ingang van het museum)</p> https://hart.amsterdam/rsc/101220 2018-12-04T16:55:41+01:00 2016-11-19T04:22:00+01:00 Annemarie de Wildt https://hart.amsterdam/rsc/32994 White Privilege In het geestige boek van Americanah van de Nigeriaanse schrijfster Chimamanda Ngozi Adichie las ik over een White Privilege Test. Voor de tentoonstelling Zwart Amsterdam waren we nog op zoek naar wat prikkelende vragen. De test leek me een ideale manier om ons – voornamelijk witte – publiek te laten nadenken over de impact van huidskleur. <p><em>Americanah</em> is een onderzoek naar <em>blackness</em> in de Amerika en Nigeria. <span>De hoofdpersoon </span>Ifemelu realiseert zich als ze naar de Verenigde Staten verhuist, dat ze daar tot de groep zwarten behoort. In Nigeria is bijna iedereen zwart, dus daar voelde ze zich nooit zwart. Ifemelu schrijft een blog “Raceteenth or Various Observations About American Blacks (Those Formerly Known as Negroes) by a Non-American Black”. Een van haar blogs gaat over de <em>White Privilege Test </em>met vragen als:<em> ‘</em>Als je de televisie aanzet of een krant openslaat, verwacht je dan vooral mensen te zien van een ander ras?’ en ‘Als je pleisters, make-up of ondergoed in ‘huidskleur’ koopt, weet je dan van te voren al dat de kleur niet zal lijken op jouw huidskleur? ‘</p> <p><strong><em>Race</em></strong><strong> of huidskleur</strong></p> <p>De test is geïnspireerd op het artikel <a href="http://nationalseedproject.org/white-privilege-unpacking-the-invisible-knapsack ">‘White Privilege’</a> van Peggy McIntosh uit 1988, waarin deze Amerikaanse feministe de voordelen van witte huidskleur onderzoekt. De meeste witte mensen ‘zien’ hun privileges niet, net zo min als mannen mannelijke privileges herkennen.  McIntosh benadrukt dat naast ras ook klasse, sekse, religie en geografische herkomst van invloed zijn op iemands positie en op de manier waarop mensen zichzelf en anderen zien. Voor de test in de tentoonstelling kozen we 10 vragen uit. Met gast-conservator Imara Limon en het tentoonstellingsteam voerden we stevige discussies over het woord <em>race.</em> In de VS heeft het woord <em>race</em> een andere betekenis en impact dan het woord ras in Nederland. Voor de Nederlandse vertaling van de White Privilege Test gebruiken we huidskleur.</p> <p><strong>De vanzelfsprekendheid van wit</strong></p> <p>Een collega vroeg zich af wat de relatie van de White Privilege test is met de zwarte rolmodellen in de tentoonstelling. Voor zwarte mensen die een carrière willen maken in sport of muziek zijn er gekleurde rolmodellen te over. Maar zwarte advocaten, politici, hoogleraren of conservatoren zijn heel wat dunner gezaaid. Een van de vragen in de test heeft betrekking op positieve discriminatie. Veel donkere bezoekers vullen inderdaad  in dat ze wel degelijk vermoeden dat, als ze aangenomen worden bij een bedrijf dat aan positieve discriminatie doet, collega’s denken dat het wel vanwege hun kleur en niet vanwege hun kwaliteiten zal zijn. De vanzelfsprekendheid van wit, daar wilden we bezoekers mee confronteren. En dus ook met de vooroordelen en barrières voor zwart.</p> <p><strong>White fragilty</strong></p> <p>Tijdens een bezoek aan Zwart Amsterdam wees de Amerikaanse sociologe Adeola Enigbokan, die nu aan de UvA doceert, me op het concept <em>white fragility</em> en ze stuurde me een link naar deze <a href="https://www.youtube.com/watch?v=ZPDpcYEdiOg">trainingsvideo</a>. Robin DiAngelo beschrijft in dit <a href="http://libjournal.uncg.edu/ijcp/article/viewFile/249/116">artikel</a> hoe blanke Amerikanen omgeven worden door ‘protective pillows’: hun omgeving beschermt hen tegen ‘race-based stress’. Peggy McIntosh had het over een ‘invisible knapsack’ met privileges. In de VS worden regelmatig <a href="http://www.whiteprivilegeconference.com/wpc.html ">White Privilege conferenties</a> gehouden. Volgt Nederland? In Amsterdam loopt momenteel de <a href="http://www.anjameulenbelt.nl/weblog/2016/10/22/cursus-help-ik-ben-wit/">cursus Help ik ben wit</a>, opgezet door Anja Meulenbelt. Is de discussie over witte privileges een ‘normaal en noodzakelijk verschijnsel’ zoals Arie Elshout, oud-correspondent in de VS stelt of een op hysterische toon gevoerde ‘één op één kopie uit Amerika’, zoals Elma Draijer zegt in dit artikel in de <a href="http://www.volkskrant.nl/opinie/-de-toon-van-het-racismedebat-is-zo-hysterisch~a4183194/">Volkskrant</a>. Met onze <em>Voorrecht van Wit Test</em> wilden we de discussie in het museum hierover in ieder geval wat aanzwengelen.</p> https://hart.amsterdam/rsc/96579 2017-02-05T23:18:47+01:00 2016-11-14T13:50:00+01:00 Tom van der Molen https://hart.amsterdam/rsc/7074 Nieuwe aanwinst: Ken Doorson, Manumission Pauline De allernieuwste aanwinst van het Amsterdam Museum is een schilderij van Ken Doorson (Moengo, 1978): Manumission Pauline. Voor de in Paramaribo werkzame schilder Doorson is zijn afkomst – als nazaat van voorouders die tot slaaf gemaakt zijn - een belangrijk thema. Het schilderij is één van een serie schilderijen die allemaal manumissiebrieven als vertrekpunt hebben. Manumissiebrieven zijn bewijzen dat een tot slaaf gemaakte is vrijgekocht. Doorson kopieert de brief en schildert er een - fictief - portret bij. Fictief of niet, het portret geeft leven, een gezicht aan de naam en het document uit het verleden. Het zorgt ervoor dat de beschouwer zich emotioneel betrokken kan voelen bij het stukje papier in de hand van Pauline, dat een deel van de slavernijgeschiedenis vertelt. <p><strong>Vrijgekocht</strong></p> <p>Jacoba Paulina Huizum (geboren 1820), werd op 26 augustus 1861 vrijgekocht door Jan Houthakker. Een intrigerende man, deze Houthakker. Tussen 1849 en 1863 (het jaar van de afschaffing van de slavernij) kocht hij maar liefst 129 slaven vrij. De eerste twee waren Hendrika Elisabeth Gassel en Magdalena Diana Gassel, moeder en dochter. Jan trouwde vervolgens Hendrika. Naar alle waarschijnlijkheid kocht hij dus eerst zijn eigen gezin vrij. We weten helaas (nog) niet hoe hij het geld bij elkaar bracht voor deze vrijkopingen.</p> <p><a href="https://www.slavernijenjij.nl/de-aankomst/manumissies/">Jan Houthakker</a> was zelf ook ex-slaaf. In 1838 werd hij vrijgekocht. De mannen die hem vrij kochten waren Gregoris Carel de L&#39;Isle, Nathaniel Vollenbeek en Johannes Zwiep. Die laatste twee waren op hun beurt vijf jaar eerder al vrijgekocht. Zwiep kocht tien mensen vrij, Vollenbeek twee. <br /> Maar Houthakker spant dus echt de kroon, naast zijn vrouw en dochter koopt hij nog eens 127 mensen vrij, waaronder Pauline, die nu van Ken Doorson een gezicht heeft gekregen. Doorson geeft met zijn serie een andere aspect van de slavernijgeschiedenis weer. Vaak wordt gezegd dat slaven in 1863 de vrijheid ‘kregen’ van Koning Willem III (hoewel ze nog tien jaar op de plantages moesten blijven werken). Maar er waren dus ook al eerder vrije niet-blanken.</p> <p><strong>Rolmodel Houthakker</strong></p> <p>Tot en met 20 november is in het Amsterdam Museum nog de tentoonstelling <em>Zwart Amsterdam </em>te zien met beelden, verhalen en voorwerpen die te maken hebben met bekende en onbekende zwarte rolmodellen van Amsterdammers. Aan het eind van de tentoonstelling en in speciale rondleidingen word je als bezoeker uitgenodigd ook eens in de vaste opstelling te kijken hoe de geschiedenis van zwarte Amsterdammers daar vertegenwoordigd is. Die hebben vooralsnog weinig sporen nagelaten in de collectie. Plantage-eigenaren lieten wel zichzelf of hun plantage schilderen, maar niet de mensen die ze uit Afrika haalden om voor hen te werken. We zijn echt verguld met het werk van Doorson en de mogelijkheden die het geeft weer wat meer van de slavernijgeschiedenis te vertellen, nog wel vanuit het perspectief van de mensen die onder de slavernij geleden hebben.</p> <p>Jan Houthakker had als rolmodel in de tentoonstelling niet misstaan. In de periode dat Engeland en Frankrijk de slavernij al af had geschaft wachtte hij niet af tot Nederland eindelijk zou volgen, maar nam het heft in eigen handen om vele van zijn ex-lotgenoten te bevrijden.</p> https://hart.amsterdam/rsc/92099 2016-11-07T22:28:32+01:00 2016-11-05T00:54:00+01:00 Annemarie de Wildt https://hart.amsterdam/rsc/32994 &quot;My name in the museum&quot; Buchra is nog nooit in het Amsterdam Museum geweest. Ze is een van de vrouwen van We are here, de groep vluchtelingen die al vier jaar van het ene Amsterdamse pand naar het andere trekt. Buchra en Maryama zijn rolmodellen voor Amandla Awetu. <p>Ik trof Amandla toen we tijdens Keti Koti zwarte rolmodellen aan het verzamelen waren voor de tentoonstelling Zwart Amsterdam. Ze stond naast het Slavernijmonument samen met andere mensen zakdoeken te verkopen met de tekst ‘No more pint of salt for me (…) Many Thousands gone’. De opbrengst was voor <em>We are Here</em>. Aan de andere kant van het monument lag een grote berg zout, verderop in het park klonk de muziek en rook het naar kip en roti.<!-- z-media 92110 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} --></p> <p><strong>Ziel van zout</strong></p> <p>Beeldend Kunstenaar Patricia Kaersenhout had de interactieve installatie <a href="https://www.inyour.facebook.com/events/960526064065519/">Ziel van Zout</a> bedacht vanwege de vele betekenissen van zout. Het kan reinigen, maar ook pijn doet als je het in wonden wrijft. Vroeger werden Afrikanen die op de slavenschapen uit Afrika gehaald waren ‘zoutwaternegers’ genoemd.</p> <p><!-- z-media 92109 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} --></p> <p>De berg zeezout van 7000 kg verbeeldde ‘het lijden, maar ook de hoop en dromen van mensen’. De ceremonie op de regenachtige 1 juli-middag begon met een gelegenheidskoor van Buchra, Maryama en andere vrouwen van <a href="http://wijzijnhier.org/who-we-are/">We are here</a>. Ze zongen een prachtig lied <em>No more auction Block (for me)</em>. In <a href="https://www.youtube.com/watch?v=1JtD_YpyXYU">dit programma</a> over de liederen gezongen door de tot slaaf gemaakten is een fragment te horen van dit anti-slavernij lied. Tijdens Keti Koti (Verbreek de ketenen) 2016 werd het gezongen door vrouwen die ook over een zoute zee gekomen zijn - op zoek naar vrijheid en veiligheid. Na het lied bracht winti-priesteres Marian Markelo een plengoffer en konden mensen zakjes met het zout meenemen om het thuis op te lossen in water, ‘als symbool voor het oplossen van de pijn van het verleden en daarmee zielsrust aan de eigen voorouders te geven’.</p> <p><!-- z-media 92111 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} --></p> <p><strong>Amsterdam</strong></p> <p>En nu hangt Buchra’s naam dus in de Zwart Amsterdam tentoonstelling naast een van de zakdoeken die ik op 1 juli kocht. Ik laat haar eerst de Amsterdam Galerij zien en we zoeken op het tapijt van Barbara Broekman de tegel die geïnspireerd is op textiel uit Somalië, haar geboorteland. En natuurlijk maken we een foto, zoals heel veel mensen doen op ‘hun’ tegel. Buchra en ik staan lang te praten bij het tegeltableau van Arno Coenen met als titel ‘Oud-West thuis best’, een werk dat uitnodigt tot allerlei gedachten over het multiculturele Amsterdam.</p> <p><!-- z-media 92106 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} --></p> <p>Buchra is opgetogen om haar naam te zien in de Zwart Amsterdam tentoonstelling. Ze appt het meteen aan haar vriendinnen. Imara vertelt over de tentoonstelling. Ik laat zien wat er nog meer te zien is in het museum. ‘Je moet iets weten van de stad waar je woont’, zegt Buchra als ze gaat, op weg naar een gesprek over een mogelijke stage. ‘Ik kom terug, en neem de anderen mee; ook goed voor ons Nederlands’.</p> <p><!-- z-media 92105 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} --></p> <p> </p> <p> </p> https://hart.amsterdam/rsc/89622 2016-11-15T11:20:52+01:00 2016-11-01T11:45:00+01:00 René Dawson https://hart.amsterdam/rsc/91363 Museumnacht 2016: Zwart Amsterdam Op 5 november is het weer tijd voor de jaarlijkse Museumnacht! Dit jaar staat het programma van het Amsterdam Museum in het teken van Zwart Amsterdam. We hebben roti, kip, Parbo Bier, Hip Hop Karaoke, spoken word-artiesten en nog veel meer!<br /> <p>Op de binnenplaats van het museum openen zwarte jonge ondernemers hun kraam en laten hun merk of skills zien. In het museum zijn op verschillende plekken spoken word artists te vinden, die op creatieve wijze reflecteren op de collectie en interactie zoeken met het publiek.</p> <p>Je kunt natuurlijk ook de tentoonstellingen bezoeken. Ontdek de geschiedenis van Amsterdam in Amsterdam DNA, ontmoet lokale rolmodellen in Zwart Amsterdam of kom erachter wat er nou echt met je bagage gebeurt in de tentoonstelling 100 jaar Schiphol.</p> <p>In Museumcafé Mokum draait het om muziek. Om 22.00 uur gaat het volume omhoog met een DJ en Hip Hop Karaoke. Het feest duurt tot 02:00 uur.</p> <p>Kaarten voor de Museumnacht koop je op de website van de <a href="http://museumnacht.amsterdam/home">Museumnacht</a>.</p> https://hart.amsterdam/rsc/88460 2016-11-06T22:20:19+01:00 2016-10-30T12:51:00+01:00 Annemarie de Wildt https://hart.amsterdam/rsc/2184 Wan Bon WAN! is een houtsnij- en beeldhouwwerk gemaakt door beeldend kunstenaar Abu Kanu, die geboren is in Sierra Leone. Afgeopen week trof ik een jonge bezoekster die achter deze spreekboom ging staan en het gedicht voorlas. <p> </p> <p>Met het uit één boom gesneden spreekgestoelte maakte Abu Kanu een eerbetoon aan de dichter en politicus Robin Raveles, alias R. Dobru (Paramaribo, 1935-1983).  Zijn gedicht “Wan” uit 1973 is een ode aan het Surinaams nationalisme. Veel oudere Surinamers kennen het uit hun hoofd. <a href="http://hart.amsterdammuseum.nl/nl/page/72958">Talitha Keerveld</a> heeft Dobru voorgedragen als rolmodel. Een mooie gelegenheid voor close reading van het gedicht. <a href="https://www.youtube.com/watch?v=7h6FMvuK2a0">Hier</a> draagt Dobru het zelf voor. </p> <p><strong>Someni wiwiri </strong></p> <p><em>Wan bon<span>/</span>someni wiwiri<span> </span></em><em> <br /> Wan liba<span>/ </span>someni kriki<span> </span><br /> </em>‘Een boon met zoveel bladeren,  een rivier met zoveel kreken’. Een volgende strofe gaat over &#39;een hoofd met zoveel <em>prakseri&#39;<span>. </span></em><span>Ik geniet van het ontdekken van <em>Sranan Tongo</em>. Prachtig woord <em>prakseri</em>  – wat er in je hoofd omgaat als je aan het prakkiseren (peinzen, piekeren) bent</span>. De beeldspraak van de vele bladeren klopt niet echt, de bladeren van één boom lijken juist wel op elkaar. <em>Wiwiri</em> is trouwens ook het woord voor ‘haarsoorten’, zie de laatste strofe. Waar zou dat vandaan komen? </p> <p>‘Eén God, en vele om te aanbidden, maar één vader’ gaat het gedicht verder. Wel wat patriarchaal in een land als Suriname waar <em><a href="http://aban.nl/2014/06/19/mama-aisa-tussen-de-boeken">Mama Aisa</a> </em>Moeder Aarde zo belangrijk is.</p> <p>De laatste strofe vind ik het mooiste:                                                                                </p> <p><em>Wan Sranan</em><span> </span>Eén Suriname<span> </span><br /> <em>someni wiwiri</em><span> </span>zoveel soorten haar<span> </span><br /> <em>someni skin</em><span> </span>zovele huidskleuren<span> </span><br /> <em>someni tongo</em><span> </span>zoveel talen<span> </span><br /> <em>Wan pipel</em><span> </span>Eén volk</p> <p><strong>Roy en Rubia</strong></p> <p><em>Wan Pipel</em>, het doet me neteen denken aan de indrukwekkende film van <span>Pim de la Parra uit </span>1976. Achtergrond is de Surinaamse onafhankelijkheid in 1975 en de spanningen tussen hindostanen en creolen. Hoofdpersonen zijn Roy, een creoolse jongeman die in Nederland studeert en de Hindoestaanse Rubia. ‘Kijk hoe hij wegrijdt met die koeliemeid’, zegt Roy’s vader als ze voor het eerst uitgaan. Rubia heeft dan al een gesprek achter de rug waarin ze haar vader zelfverzekerd tegenspreekt als hij zegt dat een (Hindostaans) meisje niet bij vreemden eet. Inmiddels is er veel veranderd, zeker in de verhouding tussen de mensen die afstammen van tot slaaf gemaakten en de nakomelingen van de contractarbeiders die vanaf 1873 hun plaats innamen op de plantages.</p> <p><strong>Suriname</strong></p> <p>Vanwege de <a href="http://hart.amsterdammuseum.nl/nl/page/45083/fort-nieuw-amsterdam">museale vernieuwing</a> van Fort Nieuw Amsterdam, waar een regel uit het Surinaamse volkslied ‘Hoe wij hier ook samen kwamen’ centraal staat, denk ik vaak na over die verschillende geschiedenissen, die R. Dobru in zijn gedicht heeft willen verenigen. Wie meer wil weten over Dobru: zie <a href="http://www.dbnl.org/tekst/kemp009rdob01_01/kemp009rdob01_01_0001.php">hier</a>.</p> <p>Ik hoop dat de boomsculptuur van Abu Kanu bezoekers verleidt om zich te verdiepen in het gedicht en in Suriname. Die Surinaamse boom heeft immers ook heel wat vertakkingen in Nederland.</p> <p>Met dank aan Het Cultuurplatform Zuidoost en het <a href="http://www.bijlmerparktheater.nl/over-ons">Bijlmerparktheater</a> die het werk hebben gefinancierd en het laten rondreizen.</p> https://hart.amsterdam/rsc/84423 2016-10-31T13:45:56+01:00 2016-10-24T09:46:00+02:00 Annemarie de Wildt https://hart.amsterdam/rsc/2184 Zwart=alle kleuren bij elkaar ‘Waarom hangt Clarence Seedorf niet meer in de Schuttersgalerij ?’, wil Shantoo Benjamin weten. Die is pas een rolmodel. Er ontspint zich een discussie over Cruijff die vergoddelijkt wordt en Seedorf van wie veel mensen alleen maar aan die mislukte penalty denken. Shantoo, die straatvoetballer Orry genomineerd heeft voor Zwart Amsterdam was een van de panelleden in de discussie Wat is zwart? op zaterdag 22 oktober in het auditorium van het Amsterdam Museum. <p>Shantoo zal zichzelf niet gauw zwart noemen. In de voorbereiding van de tentoonstelling wisselden we mails en appjes. Hij drukte hij me op het hart liever donker te gebruiken. Hij noemt zichzelf Surinamer, ‘die heb je in alle kleuren bruin, geel, wit en rood’. Een jonge vrouw zegt dat ze het in het Engels wel zegt: ‘I am black’, maar in het Nederlands klinkt het nogal hard. Voor Imara Limon is bruin of donker juist de kleur die je gebruikt als je jezelf (nog) niet zwart durft te noemen. Er zijn meer mensen in het auditorium die vinden dat de aanduidingen zwart (of wit) geen recht doen aan de ‘schaal van kleuren’.  Ook andere termen passeren de revue zoals allochtoon of nieuwe Nederlander. Een van de aanwezigen weigert al jaren om haar geboorteplaats of die van haar ouders te onthullen op ‘diversiteitformulieren’, immers ‘zowel mijn ouders als ik zijn geboren op Nederlands grondgebied’.<!-- z-media 84435 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} --></p> <p><strong>Roomblank en donkerwit</strong></p> <p>En hoe zit het met wit en blank? Blank klinkt erg positief vinden sommige aanwezigen – ‘roomblank’. ‘Als wij ons zwart noemen, moeten de blanken witten genoemd worden, dat is immers het tegenovergestelde van zwart.’ Een modeontwerper met roots in Curaçao zegt; ‘zwart = alle kleuren bij elkaar – wit = leeg’. Iemand anders beveelt de oplossing van Jandino Asporaat aan, die zichzelf donkerwit noemt.</p> <p><strong>Wonden </strong></p> <p>Hebben zwarte Nederlanders meer inbreng gekregen, is er meer besef voor discriminatie ? De meningen zijn verdeeld. Volgens Imara Limon is zijn er al protesten sinds de jaren tachtig en is er niet veel veranderd. De modeontwerper zegt dat de Zwarte Piet is racisme discussie  van de afgelopen jaren wel voor een explosie gezorgd heeft. ‘De etter is eruit, maar het zal nog wel lang duren voor de wonden genezen zijn. En dan is het wel belangrijk dat jonge zwarte mensen een rol gaan spelen in musea. In het Amsterdam Museum, maar ook in het Rijksmuseum en in het Stedelijk’ zegt hij en wijst naar Imara.</p> <p><strong>Ontdekken</strong></p> <p>Het was een mooie middag in een zaaltje met voornamelijk zwarte/donkere mensen van veel generaties. Helaas waren er behalve ik en een stagiaire die foto´s maakte, geen andere collega&#39;s naar het museum gekomen. Jammer, want het is leerzaam en soms confronterend om te luisteren naar alle verschillende ervaringen over huidskleur. En om te horen wat mensen zeggen over (de kleur van) het Amsterdam Museum. Gelukkig ook positieve ervaringen. Van Carla bijvoorbeeld, een zelfbewuste onderwijzeres die in Tilburg keti-koti-maaltijden organiseert en haar stadsgenoten probeert een ander beeld te geven van de vereerde Peerke Donders die als missionaris naar Suriname ging.</p> <p><!-- z-media 84436 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} -->Carla komt vaak naar Amsterdam om zich te laten inspireren door zwarte activisten als Mercedes Zandwijken. Ze was vorige week ook al in het Amsterdam Museum vanwege het <a href="http://www.ninsee.nl/newsletter/bekijk/ad61ab143223efbc24c7d2583be69251">Netwerk Slavernijverleden</a>. Shantoo Benjamin is een echte museumfan. Na een paar keer <a href="http://www.n8.nl/">MuseumN8</a> wilde hij ook wel eens een museum zien als het rustig is en kocht een MuseumJaarkaart. De eerste keer kwam hij naar het Amsterdam Museum vanwege de <a href="http://hart.amsterdammuseum.nl/nl/page/533">graffiti </a>tentoonstelling, die hij geweldig vond. Sindsdien komt hij vaker met zijn kinderen. Ze hebben ook de hele vaste opstelling uitgebreid bekeken.‘Ik wil dat ze eerder dan ik ontdekken hoe geweldig een museum is’. Binnenkort wil hij eens langs komen met zijn klas van de ROC. Lastige jongens, die nooit met hun ouders naar een museum zijn geweest. Hij wil ze opdrachten laten maken, zodat ze echt wat ontdekken.</p> <p><strong>Wit instituut</strong></p> <p>Miguel Heilbron van <a href="http://nucnet.nl/new-urban-cafe">The Black Archives / New Urban Collective</a> is kritischer over het Amsterdam Museum en andere musea. Het zijn instituten met een ‘wit perspectief’. Miguel is de zoon van Waldo Heilbron, die onder andere schreef <em>Einde van een tijdperk : de ondergang van het Nederlandse plantersrijk in Suriname</em> (1981). Waldo stuitte bij zijn onderzoek soms op barrières; archieven die wel open stonden voor witte academici, maar niet voor hem. Miguel vertelt over zijn ouders die in Suriname alleen maar ‘vaderlandse geschiedenis’ kregen en hoe ook het Nederlandse onderwijs vandaag nog steeds een wit perspectief heeft. Carla onderbreekt hem, dat verhaal kennen ze wel, dat heeft iedereen van zijn (groot)ouders gehoord. Wat gaan we nu doen, daar gaat het om.</p> <p>Heilbron’s bibliotheek over race issues, (de)kolonisatie, gender en sociale wetenschappen werd de start van &#39;The Black Archives&#39;, een nieuw initiatief gedragen door New Urban Collective. Het archief is nu ondergebracht in het Hugo Olijfveldhuis (vereniging Ons Suriname). Hier is NUC ook bezig met het ontsluiten van het archief van Otto Huiswoud, een strijdbare Surinamer. Vereniging Ons Suriname wilde geen items van Otto Huiswoud ter beschikking stellen voor Zwart Amsterdam, om niet het risico te lopen dat een wit instituut aan de haal zou gaan met het verhaal van Huiswoud.</p> <p>Een van de aanwezigen vertelt met spijt, dat ze de hutkoffer waarmee haar moeder in de jaren vijftig naar Nederland kwam eigenlijk naar het museum had moeten brengen. Miguel Heilbron vindt dat het museum daar geen recht op heeft, zolang het een wit instituut is. Gespreksleider Walter Freeman en andere aanwezigen pleiten voor zowel eigen zwarte instituten, als het vertellen van het complete verhaal in algemene instellingen. Wel is er wrevel dat er op zoveel plekken aandacht is voor de Holocaust en Tweede Wereldoorlog en zo weinig voor slavernij en kolonialisme. Een van de aanwezigen vertelt dat hij er wel blank uitziet, maar hij had een zwarte grootmoeder. Hij vindt dat het Amsterdam Museum en andere musea maar de helft van hun curatoren moeten ontslaan en het geld aan zwarte instituten geven. </p> <p><strong>Interventie</strong></p> <p>Gelukkig kan ik nog een misverstand uit de wereld helpen. Miguel Heilbron vertelt aan de aanwezigen dat het ‘slavernijspoor’ door de Gouden Eeuw tentoonstelling in 2013 er alleen maar gekomen is vanwege zwarte protesten. Dat is niet zo. Het Amsterdam Museum heeft zelf het initiatief genomen om rond de 150-jarige herdenking van de afschaffing van de slavernij op 1 juli een ‘interventie’ te doen in de oorspronkelijke tentoonstelling. Ik was de curator ervan en sprak, lopend door de Gouden Eeuw tentoonstelling, met veel nazaten van tot slaaf gemaakten. Hun visies en gevoelens werden de kern van het <a href="http://hart.amsterdammuseum.nl/nl/page/27646/de-zwarte-bladzijde-van-de-gouden-eeuw">slavernijspoor</a>. Ik was toen eigenlijk een beetje teleurgesteld dat er na afloop van de tentoonstelling niet geprotesteerd is tegen het verdwijnen van de hedendaagse reflecties op slavernij uit de Gouden Eeuw opstelling. We gaan vast nog verder praten met de New Urban Collective en anderen over hoe we minder wit kunnen worden en (nog) meer perspectieven op de Amsterdamse geschiedenis tonen. </p> <p><strong>Underdeveloped</strong></p> <p><a href="http://debatinstituut.nl/over-ons/medewerkers/walter-freeman">Walter Freeman</a> leidde het gesprek op een heel prettige manier, bijna alle aanwezigen deden mee. Aan het slot vertelde hij over zijn naam. Hij is vernoemd naar Walter Rodney, een activist en historicus uit Guyana en auteur van <em>‘How Europe underdeveloped Africa’</em><span> </span>(1972). Het lezen van dat soort boeken opende hem de ogen. Niet voor niets heeft Miguel een stapeltje boeken aan zijn voeten uitgespreid. Gelukkig ligt onze <a href="http://www.lmpublishers.nl/shop/slavernijverleden/gids-slavernijverleden-amsterdamslavery-heritage-guide/">Gids slavernijverleden</a> Amsterdam er ook tussen. <!-- z-media 84437 {"align":"block","size":"middle","crop":"","link":""} --></p> https://hart.amsterdam/rsc/74236 2020-03-30T14:58:51+02:00 2016-10-08T15:23:00+02:00 Annemarie de Wildt https://hart.amsterdam/rsc/2184 Wiens verhalen? Tijdens de Black Achievement Month worden er rondleidingen gehouden waarin onderzocht wordt hoe ‘Zwart Amsterdam’ getoond wordt in het Amsterdam Museum. Dat is hard zoeken, weet ik uit eigen ervaring als maker van bijvoorbeeld een interventie in de Gouden Eeuw tentoonstelling in 2013 en mede-auteur van de Gids van het Amsterdamse slavernijverleden. <p>Ik ken ook de frustratie: hoe maak je iets zichtbaar dat indertijd tijdens die ‘Gouden Eeuw’ niet of nauwelijks geschilderd of getekend werd. Natuurlijk zijn er andere documenten, zoals plantage-archieven waar de waarde van slaven jaarlijks opgeschreven werd. Ik herinner me nog goed de ontzetting waarmee ik die mensenboekhoudingen zag in het Algemeen Rijksarchief als tweedejaars student geschiedenis. Als een slaaf verminkt raakte, daalde zijn waarde. Dat kon door een ongeluk zijn, een arm die tussen de suikerpers kwam en afgehakt moest worden of als straf, zoals het doorsnijden van de achillespees, een probaat middel tegen vluchten. De boekhouding toont aan hoeveel kinderen er geboren werden, weer zoveel nieuwe arbeidskrachten. Ik weet echter dat dit soort documenten in 18de eeuws handschrift niet zoveel visuele zeggingskracht heeft voor bezoekers. </p> <p><!-- z-media 74241 {"align":"block","size":"middle","crop":false,"link":false} -->Je kan perspectieven toevoegen. In 2013 reageerde Iris Kensmil voor de <a href="http://hart.amsterdammuseum.nl/nl/page/27646">Zwarte Bladzijde</a> van de Gouden Eeuw op een van de schilderijen uit de collectie van het Amsterdam Museum. Ze koos <em>De suikerplantage Waterlant in Suriname</em> geschilderd door <a href="http://collectie.amsterdammuseum.nl/amonline/advanced/search/detail?fieldname=Field_Creator&amp;value=Valkenburg,%20Dirk&amp;database=collect">Dirk Valkenburg</a> in het begin van de 18de eeuw in opdracht van de Amsterdamse plantage-eigenaar Jonas Witsen<span>.</span> “Het schilderij van plantage Waterlant ziet er zo lieflijk uit, maar juist daarom denk ik meteen aan wat je niét ziet: de slavenverblijven, de wrede straffen en de weglopers die achtervolgd werden”.</p> <p><!-- z-media 74240 {"align":"block","size":"middle","crop":false,"link":false} --></p> <p><strong>Decolonize the museum </strong></p> <p>Dat is de kern van museale dekolonisatie: verander het perspectief van de voormalige kolonisator in andere perspectief, of meerdere perspectieven. Vertel geen single stories. De Amsterdamse actiegroep Decolonize The Museum is een initiatief van Tirza Balk, Simone Zeefuik en Hodan Warsame.  Ze willen koloniale ideeën en praktijken in hedendaagse etnografische musea bevragen. Imara Limon schreef erover in <a href="http://www.tubelight.nl/articles/1631/verandert-het-etnografisch-museum ">Tubelight</a>.“Erfgoed hangt sterk samen met identiteit, want jouw geschiedenis en de plek waar je vandaan komt bepalen mede wie je bent. Als een ander dat verhaal vertelt, is er onvoldoende zeggenschap over de eigen identiteit. Dit is de kern van etnografische musea; sinds de negentiende eeuw tonen ze de culturen van de exotische ‘Ander’ aan de beschaafde, witte, westerse ‘zelf’.” En hoe zit dat met stadsmusea die nogal eens het verwijt krijgen dat ze aan glorificatie van het stadsverleden doen?</p> <p><!-- z-media 74245 {"align":"block","size":"middle","crop":false,"link":false} --></p> <p>Het plaatsen van de knalgele borden op allerlei plekken in het Tropenmuseum met kritische teksten door <a href="https://vimeo.com/164082870">Decolonize the Museum</a> over bijvoorbeeld taalgebruik is een manier om de ‘koloniale hiërarchie’ te doorbreken. Imara beschrijft dit als een vorm van toe-eigening van het erfgoed door ‘de gemeenschappen’. De borden werden ‘toegestaan’ door het museum. Imara wijst er op dat de tekst ‘<em>…we gave young people the opportunity to share their criticisms…</em>’.<span> </span>de kritiek reduceert tot onschuldige, onvolwaardige reacties. Maar hoeveel mensen lezen die borden daadwerkelijk? </p> <p><strong>Neger</strong></p> <p>Wat zou je nog meer kunnen doen? Het woord neger weghalen zoals het <a href="http://www.trouw.nl/tr/nl/4512/Cultuur/article/detail/4204655/2015/12/09/Neger-mag-niet-meer-in-het-Rijks.dhtml">Rijksmuseum</a> onlangs gedaan heeft? Volgens Imara is het onzichtbaar maken van deze termen niet de oplossing als het museum doet alsof de bijbehorende problemen daarmee ophouden te bestaan.</p> <p><!-- z-media 74243 {"align":"block","size":"middle","crop":false,"link":false} -->Het toevoegen van andere beelden? Het is ontzettend jammer dat een <a href="http://www.smk.dk/en/explore-the-art/highlights/dirk-valkenburg-slave-play-on-a-sugar-plantation-in-surinam/">ander schilderij </a>van Valkenburg, een feest van de donkere bevolking van plantage Palmeneribo, ook eigendom van Jonas Witsen, in het Statens Museum in Kopenhagen beland is. Toch maar een foto van dat schilderij naast Plantage Waterlant ophangen, ook al is dat geen ‘authentiek object’? Het vertelt wel een ander verhaal, een verhaal van het eigen en vitale leven dat ‘de slavenmacht’ had opgebouwd, waarin tradities en gebruiken uit Afrika een rol speelden.</p> <p><strong>Emoties</strong></p> <p>Limon haalt <a href="http://www.mo.be/column/wanneer-helen-koloniale-wonden">Olivia Rutazibwa<span> </span></a>aan die pleit voor het luisteren naar de stemmen die tot zwijgen zijn gebracht: “Wie neemt er plaats aan tafel en waarom, welke verhalen tellen als kennis en expertise, en welke worden afgedaan als gevoelens en emoties?”<span> </span>Dat verhalen vertellen gebeurt tijdens Keti Koti maaltijden, maar ook tijdens de opening van Zwart Amsterdam, net zoals het gebeurde tijdens de interventie in de Gouden Eeuw-tentoonstelling. Vaak verhalen over wat Philomena Essed ‘alledaags racisme’ noemde. En hopelijk gaat het tijdens de Zwart Amsterdam tours ook gebeuren. Ik ben benieuwd hoeveel verhalen, maar vooral gevoelens en emoties er toegevoegd gaan worden aan de objecten in het Amsterdam Museum tijdens de Black Achievement Month. En hoe we gezamenlijk gaan bedenken hoe we die zichtbaar maken en houden.</p> <p>En of we het dan over zwarte geschiedenis, gedeelde geschiedenis, of zoals Remco Raben onlangs in zijn oratie bepleitte, <a href="http://www.indischherinneringscentrum.nl/nieuws/oratie-prof-dr-remco-raben ">transkolonialisme</a> hebben is iets voor een volgende blog.</p> <p> </p> <p> </p> <p> </p> https://hart.amsterdam/rsc/72958 2016-10-06T17:36:02+02:00 2016-10-06T13:57:00+02:00 Talitha Keerveld https://hart.amsterdam/rsc/72959 Talitha Keerveld over Dobru <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323032&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>Mijn naam is Talitha Keerveld. &#39;Dobru&#39; dubbel R Robin Raveles, is voor mij een rolmodel, die met zijn woorden als schrijver zijn gedachten, mij bewust maakt, wie ik ben.</p> <p>Hij neemt mij mee als mens naar mijn bewustwording, maar bovenal ook naar de Almachtige Schepper die hemel en aarde gemaakt heeft.</p> <p>Hij was een dichter om dichterbij mij als mens te zijn. Bij mijn land mijn haar mijn huid en mijn eigen taal. Dobru was voor mij een socialist en ook een activist. Een mens, een volk, Wan Pipel.</p> <p> </p> <p><strong>English</strong> </p> <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323036&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>My name is Talitha Keerveld. &#39;Dobru&#39; double R Robin Ravales, is a rolemodel to me. With his words as a writer, he makes me aware of who I am.</p> <p>As a person, he makes me reflect on my becoming, but most of all he makes me aware of our Almighty Creator, who created heaven and earth.</p> <p>He was a poet who stood close to people like me. Close to my country, my hair, my skin and my language. To me Dobru was a socialist and a activist. One human, one nation, wan pipel.</p> https://hart.amsterdam/rsc/72943 2016-10-07T00:26:35+02:00 2016-10-06T13:38:00+02:00 Peggy Brandon https://hart.amsterdam/rsc/72951 Peggy Brandon over de Anissa <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323071&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>Dit is de anissa van mijn overgrootmoeder. Een Anissa is een vierkante doek, die op verschillende manieren om je hoofd wordt gebonden. Het is een gebruik dat door slaven is meegenomen uit Afrika toen ze bij hun families werden weggerukt.</p> <p>Mijn overgrootmoeder was een kind van vrijgemaakte slaven. Ze is van de oude plantage op het platteland naar de hoofdstad gegaan. Daar kocht ze stukken land, had mensen voor zich werken en kreeg kinderen met mijn Nederlandse joodse overgrootvader. Ze was sterk en trots. Toen ze overleed in 1913 was haar dochter, mijn oma pas 7 jaar oud. Zij heeft deze doek bewaard als herinnering.</p> <p>In 2001 was mijn oma 95 jaar en gaf hem door aan mij. Toen ze de doek aan me gaf zei ze: ik heb dit nooit gedragen, voor mij was een Anissa te negers, maar jij houdt daarvan dus nu geef ik het aan jou.</p> <p> </p> <p><strong>English</strong></p> <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323073&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>This is the anissa of my great-grandmother. An Anissa is a square piece of cloth that can be tied into a headdress. It&#39;s a tradition that came from Africa with the slaves that were taken away from their families.</p> <p>My great-grandmother was a child of freed slaves. She moved from the old plantation to the capitol, where she bought farmland, employed people and had children with my Dutch Jewish greatgrandfather. She was strong and proud. When she died in 1913, her daughter, my grandmother was only 7 years old. She kept this anissa as memento.</p> <p>My grandmother passed it on to me in 2001, at the age of 95. When she gave me the cloth she said to me: I&#39;ve have never worn this, it was too much of a negro tradition for me, but since you like that sort of thing, you should have it.</p> https://hart.amsterdam/rsc/72896 2016-12-08T12:05:46+01:00 2016-10-06T12:21:00+02:00 Kenneth Beeker https://hart.amsterdam/rsc/72897 Kenneth Beeker over zijn portretten (ingesproken door Stephanie Archangel) <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323039&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>Op 8 december 1982 in Suriname zijn deze mannen van hun bed gelicht en zonder eerlijk proces gemarteld en vermoord. We zijn nu 34 jaar verder, en de daders zijn bekend. Maar ze zijn nog steeds niet opgepakt en berecht.</p> <p>De mannen die je ziet op de portretten waren moedige advocaten, journalisten, wetenschappers, docenten en ondernemers. Nog belangrijker, zij waren hardwerkende en liefhebbende echtgenoten, vaders en broers.</p> <p>De 15 portretten staan symbool voor een groot onrecht dat het land is aangedaan. En de bevolking betaalt daar nog steeds een hoge prijs voor. Dit kunstwerk gaat over de geschiedenis van een prachtig land, maar ook over het verval van een prille, fragiele democratie en van een bevolking die, volgens de kunstenaar, haar morele kompas lijkt te zijn kwijtgeraakt.</p> <p> </p> <p><strong>English</strong></p> <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323041&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>On December 8<sup>th</sup> 1982, in Surinam, these 15 men were lifted from their bed and tortured and murdered without due process. Now, 34 years later, the perpetrators are known, but they still haven&#39;t been arrested and trialed.</p> <p>The men you see on the portraits were courageous lawyers, journalists, scientists, teachers and entrepreneurs. Moreover, they were hard-working and loving husbands, fathers and brothers.</p> <p>The 15 portraits symbolize a great injustice that has affected the country. And its population is still paying the price. This art work tells a story about the history of a beautiful country, but also about the decline of a fledgling and fragile democracy and a population that, from the viewpoint of the artist, seems to have lost its moral compass.</p> https://hart.amsterdam/rsc/72891 2016-10-06T17:37:47+02:00 2016-10-06T12:15:00+02:00 Jurenne Hooi https://hart.amsterdam/rsc/72892 Jurenne Hooi over haar ouders <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323025&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>Mijn naam is Jurenne Hooi.</p> <p>Mijn rolmodellen zijn mijn ouders. Mijn vader, hij heeft het fundament gelegd voor zijn kinderen om kennis te vergaren en integer te handelen. Mijn moeder, die me haar standvastigheid, strijdvaardigheid en humor meegaf. Ik ben een product van hun arbeid.</p> <p>In het volgende audiofragment zingt mijn moeder twee slavenliedjes.</p> <p> </p> <p><strong>English</strong></p> <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323027&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>My name is Jurenne Hooi.</p> <p>My role models are my parents. My father, for he layed the foundation for his children to acquire knowledge and act with integrity. My mother, who gave me her perseverance, fighting spirit and humor. I am a product of their labour.</p> <p>In the following audio fragment, my mother sings two slave songs.</p> <p> </p> <p> </p> https://hart.amsterdam/rsc/72884 2016-10-06T17:44:14+02:00 2016-10-06T12:09:00+02:00 https://hart.amsterdam/rsc/56500 Imara Limon over het maakproces <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323030&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p><span>Mijn naam is Imara Limon. </span><span>Als gastcurator werkte ik intensief samen met het museum. </span><span>In het maakproces hadden we interessante discussies. </span><span>Zeggen we blank of wit? Moet de tentoonstelling muzikaal en kleurrijk worden, of is dat een exotiserend, stereotype beeld? En in hoeverre laten we de gevolgen van het koloniale verleden van Nederland naar voren komen in de verhalen? </span></p> <p><span>Ik vind het contact met mensen die een verhaal vertelden of een voorwerp uitleenden, heel waardevol. Toch wilde niet iedereen graag met ons samenwerken. Er was wantrouwen tegenover het museum, door slechte ervaringen met witte instituten in het verleden. </span></p> <p><span>Meerdere mensen maakten zich zorgen over de manier waarop hun werk of verhaal ingekaderd zou worden, en drukten me op het hart dat ik persoonlijk – als zwarte vrouw – moest zorgdragen voor een waardige presentatie van hun werk. Of ze deden helemaal niet mee. </span></p> <p><span>Ik nodig iedereen uit om deel te nemen aan het programma ‘Zwart Amsterdam’ met evenementen over de kwesties die ik net heb genoemd, en zoveel mogelijk van elkaar te leren.</span></p> <p><span> </span></p> <p><strong>English</strong></p> <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323031&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p><span>My name is Imara Limon. </span><span>As guest curator I worked closely with the museum. </span><span>During the process we had interesting discussions. Do we speak of caucasian or white? Does the exhibition need to be musical and colourful, or would that be an exoticising sterotype? And to what extent should we foreground the consequences of the Dutch colonial past in the stories that have been told?</span></p> <p><span>I value the exchanges that we have had with people who told their stories or lent us an object. However, some people were hesitant to work with us; we experienced a lack of trust due to negative experiences in the past with white institutions.</span></p> <p><span>Several people worried about the way their story or their work would be framed, and made me promise – as a black woman – to personally take care of a worthy presentation of their contribution. And sometimes they chose not to work with the museum at all. </span></p> <p><span>I would like to invite everyone to participate in the programme ‘Black Amsterdam’ with events around the issues mentioned here, and to learn from each other’s experiences. </span></p> https://hart.amsterdam/rsc/72839 2016-10-06T17:40:52+02:00 2016-10-06T11:10:00+02:00 Glenn Helberg https://hart.amsterdam/rsc/72841 Glenn Helberg over zijn ouders en voorouders <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323058&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>In mijn werk en leven spelen mijn ouders en voorouders prominente rollen. Naast het feit dat het leven via mijn ouders mij gegeven is, ben ik uitermate dankbaar dat zij mij het gegund hebben te mogen ontwikkelen wat er in mij zit, wat er in mij zat. Zelfs via de droomwereld, die voor velen en zeker voor mij een zeer belangrijke wereld is, heb ik dat mogen ervaren.</p> <p>Er is niets heerlijker dan te mogen leren je harmonieus te mogen verhouden tot jezelf en in relatie met anderen. In dit geval, in mijn relatie met mijn ouders. Ook de verhalen over mijn voorouders verteld door mijn ouders hebben mij geïnspireerd.  </p> <p> </p> <p><strong>English</strong></p> <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323059&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>In my work and personal life, my parents and ancestors play prominent roles. I’m thankful for life given to me through my parents, but especially thankful for the opportunities they gave me to develop my inner core. Even through the dream world, which is important to many, but certainly to me, I’ve experienced that.</p> <p>There’s nothing more delightful then to learn to develop yourself harmoniously in relationship with yourself, but also in the relationship with others. In this case with my parents. Through the stories of my parents about my ancestors I was very much inspired.</p> https://hart.amsterdam/rsc/72835 2016-10-06T17:39:25+02:00 2016-10-06T11:08:00+02:00 Ernestine Comvalius https://hart.amsterdam/rsc/72837 Ernestine Comvalius over authenticiteit <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323062&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>Ik ben Ernestine Comvalius van het Bijlmer Parktheater. Authenticiteit is een kernwaarde die richtinggevend is in mijn leven. Ik ben blij dat ik door mezelf te zijn anderen inspireer en zij mij als rolmodel zien.</p> <p> </p> <p><strong>English</strong></p> <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323063&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>I am Ernestine Comvalius of the Bijlmer Park Theater. <span>Authenticity is one of my corevalues. I am glad that I can inspire others and even become their role model just by being truthful to myself and my mission in life.  </span></p> https://hart.amsterdam/rsc/72830 2016-10-06T17:30:39+02:00 2016-10-06T11:00:00+02:00 Birgitta Vereecke https://hart.amsterdam/rsc/72831 Birgitta Vereecke over Anne–Rose Abendanon <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323065&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>Ik ontmoette Anne–Rose Abendanon in 2010, op een multiculturele bijeenkomst van Stichting Cordaan, waar zij spreekster was. Ik raakte geïnspireerd en wilde graag een portret van haar maken.</p> <p>Anne-Rose is de oprichtster van het Kraka-e-Sewa Centrum binnen de Stichting Cordaan. Kraka-e-Sewa is een ontmoetingscentrum waar Surinaamse ouderen met beginnende dementie en hun verzorgers met hun vragen terecht kunnen.</p> <p>Toen Anne-Rose emigreerde naar Suriname, heeft zij het portret aan het Kraka-e-Sewa Centrum geschonken, zodat (een deel van) haar ziel daar aanwezig zou blijven.</p> <p> </p> <p><strong>English</strong></p> <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323066&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>I met Anne–Rose Abendanon in 2010, at a multicultural gathering of the Cordaan foundation, at which she spoke. I became inspired and a my wish to paint her portrait became apparent.</p> <p>Anne-Rose is the founder of the Kraka-e-Sewa Centre, part of the Cordaan foundation. Kraka e- Sewa is a meeting place where Surinamese elderly people with early dementia and their caregivers can go with their questions.</p> <p>When Anne-Rose emigrated to Surinam, she donated the painting to the Kraka-e-Sewa Centre, so (a part of) her soul would remain present at the centre.</p> https://hart.amsterdam/rsc/72815 2016-10-06T17:32:24+02:00 2016-10-06T10:44:00+02:00 Bert Kuit https://hart.amsterdam/rsc/72827 Bert Kuit over Greg Kent <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323068&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>Greg Kent is in 1949 te Philadelphia geboren met een Afrikaans-Amerikaanse achtergrond. Hij moest het leger in om naar Vietnam te gaan, maar doordat hij tijdens zijn opleiding tot scherpschutter hartproblemen kreeg, mocht hij in de Verenigde Staten blijven.</p> <p>Hij besloot in de avonduren te gaan leren voor mode en beauty fotograaf, reisde vervolgens over de hele wereld (van Miami tot Milaan en van Parijs tot Londen) om de grote shows te bezoeken of om mode en beauty foto’s voor catalogusbladen te maken.</p> <p>In Amsterdam vroeg hij mij, zijn blanke partner, om zijn portfolioboek met foto’s van tijdschriften zoals Essence, Elle en Marie Claire naar toekomstige klanten zoals VNU te brengen. Ik gaf het daar af en hij bleef in de auto zitten. Zo kreeg hij hier werk.</p> <p>Natuurlijk wilde hij deze ongelooflijk moeilijke ervaring liever zelf vertellen, echter hij stierf 2 jaar geleden plotseling aan ernstig hartfalen.</p> <p> </p> <p><strong>English</strong></p> <p><iframe src="https://w.soundcloud.com/player/?url=https%3A//api.soundcloud.com/tracks/286323069&amp;color=ff5500&amp;auto_play=false&amp;hide_related=false&amp;show_comments=true&amp;show_user=true&amp;show_reposts=false" width="100%" height="166" scrolling="no" frameborder="no"></iframe></p> <p>Greg Kent was born in Philly in 1949 with an Afro-American background. He had to join the army as a sharpshooter in Vietnam, but eventually got to stay in the United States, because of his heart condition.</p> <p>He decided to become a fashion and beauty photographer and he went to all the big shows or did catalogue photography all over the world, from Miami to Milan and from Paris to London.</p> <p>In Amsterdam he asked me, his white partner, to deliver his portfolio book with magazines like Essence, Elle and Marie Claire to future clients like VNU. I delivered it, he waited in the car and so he got the jobs.</p> <p>Of course he wanted to tell you this incredible difficult story himself, but sadly he died two years ago to a severe heart condition.</p>