In de Diemermeer, bij het begin van de stadsjurisdictie op de Oetewalerweg (de huidige Linnaeusstraat), wachtte Maire Willem Joseph van Brienen van de Groote Lindt het gezelschap bij een ereboog op. Ook de Prins Gouverneurgeneraal, de regeringsleden, de Prefect, de Zeeprefect, de burgerlijke en militaire gezagvoerders van de Departement stonden langs de weg opgesteld om de keizer en zijn vrouw te ontvangen. Daar aangekomen was het tijd voor de plechtige gebeurtenis van het overhandigen van de sleutels van de stad, die op een fluwelen kussen aan de keizer werden aangeboden. Op 20 april 1808 had het Gemeentebestuur van de Watergraafsmeer hier ook al voor het Rechthuis gestaan. Toen was het om Lodewijk Napoleon de sleutels van Amsterdam te overhandigen.
De stoet begaf zich vervolgens stadwaarts. Via de Middenweg en de (huidige) Lineausstraat reed de stoet verder naar de Muiderpoort, waar kanonschoten werden gelost en de klokken begonnen te luiden. Hierna ging de route via de Plantage Middenlaan, langs de Hortus, door de Muiderstraat, de Nieuwe Amstelstraat, over de Blauwbrug, langs het Rembrandtplein, de Reguliersbreestraat over de Muntsluis en ten slotte over de Kalverstraat tot aan de Dam.