Vanaf 1911 ging de gemeente Amsterdam zich actief bemoeien met de ‘waterbeschaving’: in alle wijken kwamen badhuizen. In de jaren zeventig verloren ze hun functie. Kees Gerritse maakte in 1980 een schilderij van het Badhuis Diamantstraat. Zonder bezoekers, alle nadruk ligt op de architectuur; de gebogen wanden van het karakteristieke ronde badhuis, dat in 1926 werd gebouwd naar ontwerp van Arend Jan Westerman. En op de hygiëne; de waterslangen waarmee na elke douchebeurt de hokjes schoon werden gespoten.
Vooral op zaterdag was het druk in de Amsterdamse badhuizen. Het verblijf in het douchehokje mocht maximaal 20 minuten duren. En als je tijd om was, werd er op de deur gebonsd. Wie de draaiklokken naast de douchedeuren in het echt wil zien, kan naar Museum de Noord in de Zamenhofstraat.
In het tot museum verbouwde badhuis is tot 27 juli een tentoonstelling over Amsterdamse badhuizen te zien. Er zijn enkele douchehokjes nagebouwd; sobere witbetegelde ruimtes met een eenvoudig plankje en wat kledinghaken. Toch een hele verbetering vergeleken met de zinken teil, die ook in de tentoonstelling staat. Daar gingen, soms zelfs in hetzelfde water, alle kinderen in van gezinnen die geen badhuis in de buurt hadden of dat niet konden betalen.
Annemarie de Wildt, conservator
Deze blog is tevens de nieuwste bijdrage voor de rubriek Hebben en Houwen van het Amsterdam Museum in stadsblad De Echo.
Bekijk hier het werk in de Collectie Online.