Die langdurige, succesvolle loopbaan kreeg een onverwacht einde, nota bene op de planken van de Stadsschouwburg. Grote consternatie en droefenis, toen Majofski - geneesheer spelend in het stuk 'Zij is krankzinnig' - plotseling door een toeval werd getroffen en weinige ogenblikken later overleed.
De 'Nieuwe Amsterdamsche Courant en Algemeen Handelsblad' schrijft de volgende dag: "Hij was een der oudste en gewisselijk ook een der verdienstelijkste leden van den Stads Schouwburg, en wordt door het gansche publiek evenzeer als door zijne kunstbroeders levenig betreurd". Dit zal geen overdrijving zijn geweest, getuige het verslag van zijn begrafenis op 26 februari: "Reeds vroeg in dezen morgen waren alle straten en grachten langs welke de lijkstoet [...] trekken moest, met aanschouwers opgevuld, en zoowel dit als de verbazend groote toevloed van menschen, welke het kerkgebouw van de N.Z. Kapel vervulde, getuigden van de belangstelling, welke de overledene kunstenaar bij zijne stadgenooten had verwekt". Meer informatie
#020today: Veelgeliefd acteur overlijdt op toneel
Ook in het begin van de 19de eeuw hadden sommige acteurs van de Amsterdamse Stadsschouwburg zich een sterrenstatus verworven bij het Nederlands publiek. Theodorus Johannes Majofski, stamvader van een beroemd kunstenaarsgeslacht, behoorde zeker tot een van die belangrijke figuren. Net als zijn zwager Andries Snoek en de actrice Johanna Ziesenis-Wattier vierde hij vele triomfen, zowel binnen als buiten de stad. Majofski leidde decennia lang een gezelschap van vooraanstaande toneelspelers, dat tijdens de zomersluiting van de Stadsschouwburg in de provincie optredens verzorgde. Verder was hij samen met Andries Snoek in de periode 1811-1820 verdienstelijk als directeur van de Stadsschouwburg.