Een van de absolute hoogtepunten van de collectie van het Amsterdam Museum is de collectie tekeningen van oude meesters uit de collectie van Carel Joseph Fodor (1801-1860). Fodor, een steenrijke kolenmagnaat, verzamelde een enorme collectie bij elkaar, waarin zich naast de tekeningen van oude meesters, ook veel prenten bevinden, maar ook schilderijen en tekeningen van 19e-eeuwse kunstenaars. In 1860 liet hij zijn volledige kunstverzameling na aan de stad Amsterdam. Onder de tekeningen van oude meesters bevinden zich werken van Rembrandt en veel van zijn Hollandse tijdgenoten, maar ook van internationale grootheden zoals Leonardo da Vinci, Rubens, Van Dyck en Watteau.
De liefdestuin van Rubens
Collectie op reis naar Brussel
4 scenes uit de liefdestuin
Van Fodor's tekeningen door Rubens zijn momenteel vier tekeningen in Brussel te zien, op de tentoonstelling 'Sensatie en Sensualiteit: Rubens en zijn erfenis'. De vier tekeningen werden in 1850 door Fodor gekocht op de veiling van de kunstverzameling van Koning Willem II. Het zijn voorstudies voor een schilderij van Rubens uit de collectie van het Prado in Madrid: De Liefdestuin uit 1633. In de tentoonstelling in Brussel zullen de tekeningen en het schilderij samen te zien zijn. Bovendien zullen twee tekeningen uit New York te zien zijn, die Rubens maakte nadat het schilderij voltooid werd, ter voorbereiding op een prent naar het schilderij.
De Liefdestuin, een allegorie over de hoofse liefde, was nog in Rubens' bezit toen hij in 1640 stierf. Dat rechtvaardigt de hypothese dat Rubens het schilderde om in zijn huis of werkplaats te hangen. In 1666, 26 jaar na zijn dood wordt het schilderij al in het bezit van de Spaanse koninklijke verzamelingen genoemd, waaruit het uiteindelijk in het Prado terecht is gekomen. Rubens maakte tenminste negen figuurstudies van figuren in het schilderij. Tot die groep behoren ook de vier tekeningen uit het Amsterdam Museum. Rubens was nogal zuinig en voorzichtig met zijn tekeningen. Hij hield ze allemaal in zijn eigen bezit gedurende zijn leven en er zijn aanwijzingen dat hij ze zelfs niet aan anderen wilde laten zien. De tekeningen waren onderdeel van het werkproces in het atelier. Ze dienden als bron voor figuren, houdingen en composities (zoals in het geval van de Amsterdamse tekeningen) en als oefenmateriaal voor leerlingen, het kopiëren naar de meester was een essentieel onderdeel van de 17e-eeuwse schildersopleiding.
Van voorstudie tot schilderij
De tekening Een jonge man die een vrouw omarmd is een studie voor het paar dat links op het schilderij te zien is. Vergelijking van de tekening met het eindresultaat op het schilderij laten zien dat Rubens nog kleine veranderingen maakte in de stap van voortekening naar schilderij. Zo is de vrouw wat meer naar de man toegedraaid op het schilderij en zijn, wellicht als gevolg daarvan de houding van armen en handen van de man wat gewijzigd. Bovendien heeft de man op het schilderij een baard en een wat langere haardracht gekregen. Ook bij de Zittende jonge man is het grootste verschil de gezichtsbeharing in de geschilderde versie. Zijn metgezel, de Knielende jonge vrouw heeft wat meer ingrijpende veranderingen ondergaan op het schilderij. Waar ze in de tekening nog met haar hoofd op haar linkerhand rust, steunt ze op het schilderij op haar rechterhand. Haar linkerhand rust op de knie van de zittende jongeman. De minste wijzigingen vonden plaats in het overbrengen van de Jonge man, een trap afdalend. Net als de andere mannen, werd hij op het schilderij voorzien van een baardje, maar verder bleef de figuur nagenoeg ongewijzigd. Wel laat Rubens een hondje mee de trap afdalen.
Van schilderij naar prent
In Brussel zal de bezoeker dus de ontstaansgeschiedenis van een belangrijk schilderij van Rubens kunnen volgen, maar daarmee is de kous nog niet af. De tentoonstelling laat namelijk ook twee tekeningen (uit de Metropolitan Museum of Art in New York) zien, die opnieuw de ons nu bekende figuren uit de liefdestuin tonen. Deze tekeningen dienden als modelli voor een houtsnede, die uitgevoerd werd door Christoffel Jegher. Hier lijkt Rubens, bij het hernemen van de figuren zich vooral op het geschilderde werk gebaseerd te hebben. De compositie is echter aangepast om een verdeling over twee houtblokken mogelijk te maken. De Jonge man, een trap afdalend is dientengevolge zelfs helemaal verdwenen.
Het is zeldzaam dat je de evolutie van een compositie zo gedetailleerd kunt volgen. In Brussel kunt u zich in het atelier van Rubens wanen en meekijken met de meester zelf. Van eerste concepten tot voltooid schilderij, van schilderij naar reproductie in prent. U kunt op zoek naar de wijzigingen die de meester doorvoerde en filosoferen over het waarom. De tekeningen uit het Amsterdam Museum zijn, wellicht voor het eerst sinds de dood van Rubens, weer in de zelfde ruimte als het schilderij waar ze de voorbereiding voor vormden.
Waar te zien?
Sensatie en Sensualiteit: Rubens en zijn erfenis is te zien in Bozar in Brussel tot en met 4 januari 2015.
2492 keer bekeken