Levensader
Dit olieverfschilderij is gemaakt door Cornelis Christiaan Dommersen, die dit werk maakte na een bezoek aan de monding van het Noordzeekanaal in 1878. Dit was twee jaar nadat deze nieuwe levensader voor de Amsterdamse economie was geopend.
De verbinding van Amsterdam met de zee was eeuwenlang moeilijk geweest. De aanleg van het Noord-Hollands Kanaal in 1824 bracht enige verbetering, maar niet voldoende. Dit kanaal – 80 km. lang en 40 meter breed - bleek voor grotere zeilschepen en snelvarende stoomschepen niet geschikt. Rotterdam was door zijn gunstige ligging een geduchte concurrent geworden als doorvoorhaven.
Opening Noordzeekanaal
De dringende behoefte aan een betere verbinding met de Noordzee leidde tot de aanleg van een kanaal dwars door de duinen: het Noordzeekanaal. Op 1 november 1876 werd het 21 km. lange kanaal geopend. Zeeschepen konden nu in enkele uren naar de Noordzee varen.
De havenmond van IJmuiden is geschilderd vanaf de Noordpier. De stoomraderboot IJmuiden no. 2 sleept een grote driemasterbark om het buitengaats te brengen. Op de achtergrond links is een fregat, met oplichtende zeilen, dat juist is doorgeschut. En op de voorgrond zien we een vissersboot; illustratief voor het gegeven dat Noordzeevissers al snel de weg vonden naar de nieuwe haven.
Eerste stoomschepen
Met de stoomvaart loopt het de eerste jaren na de opening van het kanaal niet zo’n vaart. Voor de grootste stoomschepen was het kanaal in het begin nog niet toegankelijk. Daarvoor moest eerst de vaarweg over de volle lengte op een diepte van - 6.50 meter NAP worden gebracht. Dat het eerste volgeladen schip onbelemmerd naar Amsterdam kon doorvaren, vond plaats in 1878, het jaar van ‘ons’ schilderij.
In 1879 verschijnen de eerste grote stoomschepen van de Nederlandsche Stoomboot Maatschappij (NSM). Dit betekende een definitieve afsluiting van de periode van ruim een halve eeuw, dat het Noord-Hollands Kanaal de verbinding vormde tussen Amsterdam en de Noordzee.
Per stoomschip duurde de reis naar Batavia nog maar een week of drie, in plaats van de vijf maanden die een zeilschip nodig had. Toch zal pas tegen het einde van de 19de eeuw zal het laatste zeilschip zijn verdwenen. In 1900 passeren 2.111 stoomboten de sluizen van IJmuiden.
Dit schilderij is in het Amsterdam Museum te zien in de tentoonstelling ‘Amsterdam DNA’.
Meer informatie over dit schilderij vind je in de Collectie online.