Zo’n ervaring zou Fort Nieuw Amsterdam moeten bieden, zei Martin. Maar dan wel over wat er echt gebeurd is. De steen in de Gevangenpoort heeft nooit als martelwerktuig gediend, ontdekte ik op deze website.
Isoleercel
We waren het er over eens dat kinderen de geschiedenis van de plek ook zouden moeten voelen in plaats van er alleen maar over te horen of lezen. Dat gebeurt nu ook al. Tijdens mijn bezoek afgelopen juli zag ik hoe een groep schoolkinderen, allemaal in identieke bloesjes, even ‘opgesloten’ werd in de isoleercel waar de gevangenen als straf soms dagen moesten zitten. De joelende schoolkinderen waren met teveel in de cel om de ervaring van totale afzondering echt tot zich door te laten dringen. Misschien kan je beter een kind vragen een paar minuten in de cel te zitten en daarna de anderen verslag te doen.
Hete suiker
Mijn eigen historische sensatie op Fort Nieuw Amsterdam had ik in 2013 toen ik met Fons Geerlings en George Struikelblok bij de grote ijzeren kappa stond waarin vroeger de suikersiroop gekookt werd na het persen van het riet. We hielden de ijzeren rand vast en bedachten hoe heet de ketel geweest moest zijn. Vorige week sprak ik Cynthia McLeod die in Nederland was voor de presentatie van haar nieuwe boek. Ook Cynthia heeft vaak bij de kappa de geschiedenis tot leven gebracht. Ze vertelde, als ze met een boot vol toeristen of schoolkinderen Fort Nieuw Amsterdam aandeed, over de fayaman die het vuur brandend moest houden, maar niet te heet. Verbrande suikerstroop had namelijk invloed op de kwaliteit, en dus de prijs van de suiker en de reputatie van de planter. Bij de grote suikerketel stond ook de bosroman die met een borstel de suikerkristallen van de rand weer de massa in moest borstelen. Het kwadraat van heet; in de tropische Surinaamse hitte boven een kokende suikermassa. In het liedje Mi Patron wordt gezongen over een gespikkelde bosroman, met plekken op zijn armen waar de kokende suiker terecht was gekomen.
Blote voeten
‘Hoe kan je kinderen zich meer laten inleven in de geschiedenis?’ was het thema van het gesprek met Cynthia. Het aanleggen van een veldje met suikerriet zou mooi zijn. Het vuur maken onder de suikerketel is natuurlijk niet mogelijk. En je kan schoolkinderen moeilijk een machete in handen geven om het riet af te hakken. Cynthia en ik fantaseerden verder in restaurant Eerste Klasse op het Centraal Station. “De vrouwen liepen met suikerriet op hun hoofd naar de boten” vertelt Cynthia, “over die net afgehakte rietstengels, moet je je voorstellen wat pijnlijk.” Tot slaaf gemaakten mochten geen schoenen dragen. Daarom nodigden we bezoekers die in 2013 de expo Gouden Eeuw met het slavernijspoor bezochten, uit om hun schoenen bij de ingang achter te laten.
Slavinnen op de suikerrietplantages bonden lappen om hun voeten, voordat ze over de rietstoppels naar de boten liepen met hun zware last op hun hoofd. Dat zouden we wel kunnen opnemen in schoolbezoeken aan het Openluchtmuseum. Net als leren exerceren zoals de militairen die het Fort bewaakten of stenen sjouwen, zoals de slaven deden die het fort bouwden. Je zou kinderen in groepen kunnen verdelen en ze telkens een andere rol laten aannemen. Twintig minuten slaaf, twintig minuten soldaat.
12 years a slave
Fietsend naar huis moest ik denken aan 12 years a slave, een van de meest aangrijpende films over slavernij. Geen 12 years maar 20 minutes, maar hopelijk maakt dat net zoveel indruk op de toekomstige jeugdige bezoekers van Fort Nieuw Amsterdam als indertijd die steen in de Gevangenpoort. Toen ik het idee aan wat mensen voorlegde ontstond meteen discussie. Kan je dat doen, kinderen de rol van slaaf, of misschien ook van opzichter aan laten nemen? Kan je er niet beter over discussiëren? Begin december gaan we in Suriname weer verder met de plannen voor de vernieuwing van Fort Nieuw Amsterdam. We gaan het vast en zeker ook over beleving hebben.