Op de Polderweg, 20 juni 1943

Verteller: Open Joodse Huizen (2012). F. Richard
Auteur: Frits Slicht Frits Slicht

Bron: Mirjam Bolle: Ik zal je beschrijven hoe een dag er hier uitziet. Dagboekbrieven uit Amsterdam, Westerbork en Bergen-Belsen.

DOW-kaart 1935. Dit is slechts een klein deel van de DOW kaart (K7) uit 1935. Een kaart die beter aansluit op die van de verhalen heb ik niet kunnen vinden. De Marechausseekazerne lag achter de synagoge en het (oude) politiebureau. Mogelijk waren het de oude gebouwen van het ‘Zittingslokaal van de Geneeskundige Dienst’ en het ‘Gebouw v. Jeugdwerk’. Bron: Gemeentearchief Amsterdam.

DOW-kaart 1935. Dit is slechts een klein deel van de DOW kaart (K7) uit 1935. Een kaart die beter aansluit op die van de verhalen heb ik niet kunnen vinden. De Marechausseekazerne lag achter de synagoge en het (oude) politiebureau. Mogelijk waren het de oude gebouwen van het ‘Zittingslokaal van de Geneeskundige Dienst’ en het ‘Gebouw v. Jeugdwerk’. Bron: Gemeentearchief Amsterdam.

Alle rechten voorbehouden

Indeling!

Deel 3 – Lees ook Deel 1, Deel 2

Op 20 juni 1943 wordt Mirjam Bolle, aan het eind van de ochtend, naar de Polderweg ‘gebracht’. Er zijn dan nog niet zo heel veel mensen schrijft ze. Het gaat om ongeveer zes mensen van de Joodse Raad en ziekenhuispersoneel van het Nederlands Israëlitisch Ziekenhuis (NIZ). Het terrein waar zij is opgevangen grenst aan het gebouw waar de marechaussee woont. Zij mogen daar gebruik maken van het toilet, om de beurt. Mirjam is positief in haar oordeel over de marechaussee (waarom is niet duidelijk, misschien omdat zij van het toilet gebruiken mogen maken).

Aanvulling F.Slicht

De marechaussee is tijdelijk, van februari 1943 tot en met juni 1945, gehuisvest in een drietal voormalige gebouwen van de Oostergasfabriek. Na de oorlog zit hier Kamp Oost. De Politieke Opsporingsdienst (later vervangen door de Politieke Recherche Afdeling) gebruikte Kamp Oost als tijdelijke detentieplek voor ‘van landverraad verdachte Nederlanders’.

De afloop

Mirjam geeft aan dat een en ander vrij gemoedelijk verloopt. Dat komt omdat zij nog steeds hoopt op steun vanuit de hoogste regionen van de Joodse Raad. Die hoop is ijdel. Zij ziet dat het personeel van het NIZ apart wordt gezet. Later hoort zij dat een enkeling van die groep nog wel is vrijgekomen en heeft kunnen onderduiken.
Samen met vele anderen wordt Mirjam naar het Muiderpoortstation gedreven. De ‘wagons’ staan al klaar. Het zijn goederenwagons, beestenwagons. Op de wand van haar wagon staat: ‘8 cheveaux’ (8 paarden). Het is drie uur in de middag.
Op het perron is het zeer druk, honderden en honderden mensen zijn bijeengedreven. Zij hoop te kunnen vluchten, maar kan geen kant op. Vele bekenden van de Joodse Raad zijn bijeengedreven en moeten de beestenwagons in. De hitte is, zo schrijft zij, ondraaglijk. De treinreis eindigt in Westerbork, het is dan negen uur.

Alle rechten voorbehouden

3348 keer bekeken

Bekijk meer afbeeldingen

Polderweg, mei/juni 1943. Fotoserie van slachtoffers van razzia's op verzamelterrein Polderweg, mei/juni 1943.  Als ‘maker’ wordt de naam ‘Schoenland’ genoemd. Bron: fotocollectie van het Joods Historisch museum.

Polderweg, mei/juni 1943. Fotoserie van slachtoffers van razzia's op verzamelterrein Polderweg, mei/juni 1943. Als ‘maker’ wordt de naam ‘Schoenland’ genoemd. Bron: fotocollectie van het Joods Historisch museum.

Alle rechten voorbehouden

Geen reacties

Voeg je reactie toe