Ze is geboren in Paramaribo. Haar vader was Creools, haar moeder Chinees. Ze heeft haar voornaam geërfd van haar grootmoeder, die van Britse afkomst was.
Angeline draagt een gele koto met een geborduurde onderjurk. Haar zus heeft de rok meegebracht uit Suriname. De herdenkingssjaal, in de kleuren van de Surinaamse vlag, heeft ze zelf gekocht via de kerk. Ze draagt een gele angisa met borduursel, in de kleur van haar koto. Deze angisa zegt volgens Angeline iets over haar leeftijd. “Zo’n ‘proysi-ede’ mag alleen gedragen worden door vrouwen vanaf vijftig jaar.” Ze draagt hem bij bijzondere gelegenheden, ook als ze naar de kerk gaat.
Ze heeft veel nagedacht over hoe er slavernij kan zijn, in een wereld die door God is geschapen. “De mens heeft je slaaf gemaakt, maar God heeft je door middel van de mensen ook weer vrij gemaakt.” Ze straalt. “Het is fijn dat we hier met z’n allen samen kunnen komen. Geniet van je vrijheid.”