Deze mevrouw (wil liever niet met haar naam op de website) - uit het district Marowijne, Suriname, 1956 - is vandaag naar het Oosterpark gekomen om stil te staan bij wat er in het verleden is gebeurd. Hoewel ze vindt dat het verleden herdacht moet worden, vindt ze het ook belangrijk om niet alleen maar stil te staan, maar ook vooruit te kijken. Ze is blij dat de erkenning van het verleden nu loskomt, dat maakt het makkelijker om verder te komen.
Vandaag draagt ze een moderne, gele jurk – een kimona – met daaronder een pofbroek. Ook draagt ze een angisa, door een vriendin van haar gevouwen in het model ‘Let them talk’. Het is een bekende vouwvorm van de angisa, welke wordt gedragen wanneer een vrouw weet dat er over haar wordt gepraat en zij wil laten weten dat ze zich er niets van aantrekt. Ze heeft de kleding laten maken in Suriname.
Ze vindt de koto’s om zich heen prachtig en draagt die zelf ook weleens op verjaardagen of bruiloften. Maar omdat het zoveel werk is om een koto aan te krijgen – daar heb je hulp bij nodig – koos ze vandaag voor een eenvoudiger model. De kleuren in Surinaamse kleding symboliseren allemaal een andere betekenis. Zo wordt bij verjaardagen met een rond getal (Bigi Yari of Jari) een bepaalde kleur gedragen, zoals de kleur roze bij 20 jaar, geel bij 50 jaar en paars bij 60 jaar.