De ene na de andere wijk wordt uit de grond gestampt. Het moet vooral snel en goedkoop. De woonomstandigheden van arbeiders zijn beroerd. Vooral de socialisten komen daartegen in opstand. Iedereen heeft recht op een goede woning, ook het gewone volk.
De economie bloeit op, mede dankzij de koloniën. Naast de oude windmolens verrijzen moderne fabrieken. Via het Noordzeekanaal (1876) varen stoomschepen de haven binnen. Het spoorwegnet verbindt de hoofdstad met de rest van het land en heel Europa. Elektriciteit doet zijn intrede. En in 1916 opent de luchthaven Schiphol: de wereld binnen handbereik.