De 26-jarige Jesse heeft zich altijd al verbonden gevoeld met Noord. Hij groeide op in Landsmeer, maar ging naar de middelbare school in Buikslotermeer. "Ik ben buiten Amsterdam geboren, zo’n 20 kilometer verderop, maar ik voel me wel echt een Amsterdammer." Jesse woont nu op een mooie plek in Oost, toch voelt hij zich het fijnst in Amsterdam-Noord. Ondertussen varen we midden op het IJ, tussen Noord en stadsdeel Centrum in. Jesse bekent dat hij eigenlijk veel te weinig in Noord komt. Qua tijd is het lastig om op en neer te gaan. "De reis naar Noord voelt als een emotionele oversteek die je maakt, het is een soort commitment."
Met het pontje komen we aan op het IJplein waar het stil en donker is. Jesse vertelt waarom hij deze plek zo fijn vindt: "Noord is nog een beetje een onontdekt pareltje." Enthousiast gaat hij verder: "Dit is een van de weinige plekken in Amsterdam waar geen toeristen komen!"We lopen richting het Gedempt Hamerkanaal, naar Brouwerij Oedipus. Jesse kijkt om zich heen "Dit bedoel ik nou, er is hier gewoon nog ruimte."
Ruimte blijkt voor Jesse de rode draad te zijn. "In zo’n drukke stad is ruimte misschien wel het meest kostbare." Noord is de perfect plek om te ontsnappen aan de hectiek van de stad. Het is hier anders dan de rest van de stad, maar volgens Jesse is Noord wel typisch Amsterdams. "In Noord zie je nog echte Amsterdammers, het is hier divers en de mensen zijn gewoon lekker nuchter."
Het is duidelijk dat Noord een ontspannende werking op Jesse heeft. Inmiddels zijn we aangekomen bij de brouwerij en drinken een speciaal biertje. De experimentele menukaart en kleurrijke muurschilderingen verraden dat Noord ook een creatief karakter heeft. Er hangt een ongedwongen sfeer. "Dat is ook typisch Noord", stelt Jesse.
Om 22.00 is het weer tijd om te vertrekken, de brouwerij gaat dicht. We keren terug naar het pontje. "Oh nee, hij vaart net weg! Nu moeten we 13 minuten wachten." Vanaf een bankje turen we naar het water. "Kijk nou", Jesse gebaart naar de overkant. "Je ziet daar een logistiek centrum, maar je zit hier afgesloten, door het water kun je er niet bijkomen." Het is dat water, de oversteek, wat Noord zo bijzonder maakt voor Jesse. In de verte zien we het pontje aankomen, tien minuten later staan we weer aan de overkant. Jesse moet de metro halen. Hij laat de rust van Noord voor nu achter zich en mengt zich weer in de drukte van de stad.