Ja, maar waarom?
Je kunt je natuurlijk afvragen waarom het museum de LGBTI-gemeenschap zo’n warm hart toedraagt, daar zoveel aandacht aan besteedt. Dat doet het Amsterdam Museum omdat zij een ontmoetingsplek voor alle Amsterdammers wil zijn, waarin iedereen zich kan herkennen en erkennen, waar de diversiteit van de stad als één van de drijvende krachten wordt gezien achter het Amsterdamse DNA: ondernemerschap, burgerschap, vrijdenken en creativiteit.
Dat betekent ook dat het museum de geschiedenis van al die verschillende groepen toegankelijk en zichtbaar maakt, maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Het is niet alsof je een kamer opent en het licht aan zet, want in de geschiedenis is over de LGBTI-mensen weinig gesproken of geschreven, laat staan objecten verzameld. Daarom doet het museum actief mee aan Queering the Collections, om de verhalen achter de verhalen te verzamelen, het onzichtbare zichtbaar maken.
Nieuwe ontdekkingen
Door een andere bril op te zetten en onderzoek te doen naar de geschiedenis van de LGBTI-gemeenschap kom je tot nieuwe ontdekkingen. Dat werd mij al snel duidelijk toen ik onderzoek deed naar de sodomievervolgingen van de achttiende eeuw. Een sodomiet is de vroegere benaming van een homoseksueel. Homoseksualiteit bestaat pas sinds eind negentiende eeuw. Het verwijst naar het Bijbelse verhaal over Sodom & Gomorrah. Sodomie staat enkel voor de daad, ofwel seksueel contact tussen mensen van hetzelfde geslacht of zelfs dieren. In 1731 wordt die daad een dodelijke zonde en begint een reeks vervolgingen.
In het Stadsarchief zijn Secrete Confessieboeken te vinden, waar verhoren van verdachten in uitgeschreven staan. Indertijd dacht men dat de verhoren extra geheim moesten blijven (secreet). De boeken laten ook zien dat sommige verdachten onder tortuur (marteling) worden verhoord, waarbij vaak de scheenschroef werd gebruikt. Laten we die nu net in de collectie van het Amsterdam Museum hebben!
De eerste homobar
De verhoren hebben meer opgeleverd, ’t Serpent bijvoorbeeld, misschien wel de eerste homobar van Amsterdam. Jurriaan Bakbandt en zijn vrouw ventten deze zaak direct aan de Vismarkt, toen het Damrak nog vol water lag en de vissersboten tot aan de Dam kwamen. Door alle drukte in de tent, viel het niemand op dat er een achterkamer was, enkel toegankelijk voor mannen en waar alleen geserveerd werd door Jurriaan, tot de kroeg genoemd werd door sodomieten die gedaagd waren.
Zo zijn er in de geschiedenis enorm veel plekken en verhalen te vinden met ‘andere’ verhalen. Verhalen die Amsterdam al jaren maken.