Ben is geboren in Amsterdam, maar verliet op zevenjarige leeftijd de stad. Op zijn negentiende kwam hij weer terug en sindsdien is hij nooit meer weggegaan. Op de vraag of hij zich een echte Amsterdammer voelt, reageert hij lachend: ‘Ik vind van wel, maar mijn vrouw vindt van niet, omdat ik tijdens mijn puberjaren niet in Amsterdam woonde.’ Uiteindelijk is het gevoel dat telt, vinden Ben en ik.

We staan op de steiger bij het Marineterrein, zodat we een goed uitzicht hebben op de schepen. Het is Bens favoriete plek. Kijkend naar de schepen begint Ben te vertellen. De eerste boot is het VOC-schip ‘De Amsterdammer’. Een schip met een lange geschiedenis, dat werd gebruikt voor de specerijenhandel. Als Ben een rondvaart doet, vertelt hij graag het verhaal over het ontstaan van de speculaaskoekjes. Ook vandaag kwam het aan bod. Het verhaal gaat dat de specerijen die de schepen meenamen, niet altijd heel aankwamen. Dit was ook het geval bij de kaneelstokjes. Dus het kaneelpoeder werd gebruikt in meel en gebakken als koekje. Ben vertelt wel eerlijk dat hij het verhaal vaak op de rondvaart wat aandikt en mooier maakt, want: ‘dat bezorgt mij wat extra fooi’. Zin in speculaas heb je meteen!

Speculaas speelt niet alleen bij het VOC-schip een rol, legt Ben uit, maar ook bij het tweede schip, de ‘Christiaan Brunings’. De boot wordt ieder jaar gebruikt voor de intocht van Sinterklaas in november.  Ben vertelt dat het woord ‘speculaas’ een samenvoeging is van specerij en Sinterklaas. Het verhaal van Sinterklaas is Bens favoriete ‘sprookje’. Zelf is Ben jarenlang actief geweest binnen de Stichting Sinterklaas in Amsterdam.

Zo komen Bens favoriete sprookje en plek bij elkaar. Bij het zien van de schepen merk je bij Ben gevoelens van nostalgie en trots. Volgens hem is dit een typisch stukje Amsterdam. Hier komen het verleden en het heden samen. Over Amsterdam in de VOC-tijd zegt Ben: ‘Het Amsterdam van toen kan je vergelijken met het Dubai van nu.’ Want de handel met de overzeese gebieden heeft er volgens Ben voor gezorgd dat het de stad Amsterdam is wat ze nu is.

We lopen nog wat rond en het ene historische feitje na de ander komt naar boven bij Ben. Het liefst laat hij nog allerlei andere plekken zien in de stad met bijpassende verhalen, maar dat moet voor een andere keer bewaard worden. Voor Ben betekent fietsen en varen door de stad vrijheid. ‘Zo gaat de geschiedenis en de stad leven.’ Heel veel stratenkennis hoef je daar gelukkig niet voor te hebben volgens Ben.