Rond 1800 werd strohoeden gedragen als zomerhoeden door Engelse matrozen. Admiraal Horatio Nelson zou deze ingevoerd hebben. De hoeden waren rond met een platte bovenkant, waar een stoffen band omheen was gezet. In een tijd waarin men niet met onbedekt hoofd naar buiten ging, was het een verademing in de zomer een luchtige hoed te dragen. De strohoed of boater werd algauw onderdeel van het zomeruniform van de matrozen. Ook werd de strohoed gedragen op scholen in Engeland.

Luifelhoed van stro, 1825-1835.

Luifelhoed van stro, 1825-1835.


Zomerhoed van stro, linten en imitatiebloemen, 1900-1910.

Zomerhoed van stro, linten en imitatiebloemen, 1900-1910.

De strohoed had voor mannen in de 19de eeuw veelal hetzelfde uiterlijk, terwijl de strohoed gedragen door vrouwen aan de mode werd aangepast. Zo waren rond 1830 luifelhoeden in de mode: hoeden die, verstevigd met baleinen, wel 20 centimeter boven het hoofd van de draagster konden uitsteken. De luifelhoed op de foto is van naturel-kleurig stro met een voering van lichtblauwe zijde. Langs de bol is een gestreept roze lint aangebracht, met langs de randen gedraaid stro. Het haar werd opgestoken gedragen, met een middenscheiding met krullen langs het hoofd. De hoed werd iets naar achter op het hoofd gedragen. Een luifelhoed van stro zoals deze was zeer modieus.

Op de foto ernaast is een andere modieuze hoed te zien, maar dan van rond 1850-1860. In deze periode waren de hoeden wat kleiner, zodat er alle ruimte voor was voor de grote crinolinejaponnen. Deze strohoed is versierd met kralen, imitatiebloemen, linten en veren.

Strohoed met veren, 1850-1860.

Strohoed met veren, 1850-1860.


Strohoed voor man, stro en lint, 1900-1920.

Strohoed voor man, stro en lint, 1900-1920.

Vanaf 1880 tot aan de jaren '40 van de 20ste eeuw was de strohoed enorm populair als zomerhoed. Vrouwen droegen de hoed tijdens het sporten, maar de hoed was ook geaccepteerd als hoed voor overdag en werd soms ook als uitgaanshoed gedragen. Vrouwen zetten de strohoed recht op hun hoofd, midden op hun opgestoken haar. Na 1900 wordt het haar platter gedragen en aan de achterzijde laag opgestoken.

Mannen dragen de hoed juist schuin. Ook veel kunstenaars, zoals Claude Monet en Vincent van Gogh, dragen de stroehoed of matelot. Na de jaren ’40 raakt het dragen van de matelot uit de mode voor mannen en vrouwen. Heel af en toe duikt de strohoed nu nog op als strandhoed.