Ze is in het Oosterpark om de afschaffing van de slavernij te herdenken en te vieren.
“Ik draag een jurk die van mijn nicht is geweest. Mijn nicht is begin dit jaar overleden hier in Amsterdam. Ze was 96 jaar en heette Beatrice van Alphen-Karg. Ze was kinderloos en ik had een speciale band met haar. Ik noemde haar Tante Bea, 'tante' uit respect. We hielden van elkaar, ze was een wijze vrouw. Ze werkte in het onderwijs op Curaçao. Vanaf dat ik een jaar of 11 of 12 was ging ik haar opzoeken als ze met vakantie in Paramaribo was. Ze heeft veel gereisd, vooral luxe cruises: alles bij elkaar wel 250.000 zeemijl. Deze jurk is van één van haar reizen. Achterop staat ook dat het een ‘Dutch Wax Java Print’ is. De stof is zacht en voelt lekker, de sjaal heb ik erbij gekocht.
de jurk van 'tante bea'
Maria Karg (Paramaribo, 1951) vertelt dat haar naam komt van haar overgrootvader die in 1791 als militair vanuit Regensburg naar Suriname ging. “Zijn eerste vrouw was een slavin, Louisa von Karg. Met zijn tweede vrouw, een vrije negerin Jacoba Jaspis, kreeg hij drie zonen. De jongste zoon Gottlieb Johan Jaspis was mijn grootvader. Later kregen deze drie zonen de achternaam Karg.”
527 keer bekeken