De ruime klokkende mantels kunnen over de wijde japonnen gedragen worden. Bij de daarop volgende tournuremode - waarbij het accent op de uitstaande achterzijde lag - verschijnt in Frankrijk een kledingstuk dat typerend zou zijn voor de jaren tachtig: de visite. In dit korte manteltje is rekening gehouden met de vele draperieën waarover de mantel deels moet vallen. Dit is ook te zien in de vele advertenties uit deze periode in de modetijdschriften.
De visite heeft geen echte mouwen, maar slechts openingen op taillehoogte waar men de armen doorsteekt. Deze mantels zijn overwegend zwart. Opvallend zijn de prachtige decoraties op kragen, langs randen en op de visite zelf met ruches, kant, band, applicaties, gitten en borduursel. De negentiende-eeuwse interesse in rouwcultuur maakte dat zwart in de laatste vijftien jaar van de eeuw meer in de mode kwam.
De mouwen van de japonnen zijn na 1893 zo groot, dat zij een probleem vormen voor de nauwsluitende mantel, zodat opnieuw de toevlucht tot korte klokkende capes wordt genomen. Bij de jas van zwarte bandkant is gekozen voor passende mouwen. Naast een sluiting middenvoor, sluit de jas met een zwart ceintuur. De jas is overbloezend, met een schoot. De mouwen zijn wijde vleugelmouwen. Het jasje is zeer modieus, door het gebruik van bandkant en de constructie, en is zeldzaam. Het jasje is gemaakt voor iemand met een kleine maat.
Een andere oplossing voor de grote mouwen is om een cape met losse voorkant en ceintuur te dragen. Deze cape valt strak in de rug door het ceintuur.
In Nederland worden de avondmantels zonder mouwen sortie (naar het Franse woord "sortire", dat "uitgaan" betekent) genoemd.
De mantel en cape van rond 1900 zijn nog niet eerder opgesteld, maar wel wel op de website te vinden! De mantels werden gefotografeerd bij het Kostuumproject.