amsterdam museum

GEVONDEN: De Digitale Stedeling uit 1996

“6225222! tuut tuut tuut tuut tuut klik! DDS OERTIJD – DIGITALE STAD GEOPEND 15 JANUARI 1993″, met deze tot verbeelding sprekende kop opende bewoner van het eerste uur Christine Karman de bijzondere papieren versie van De Digitale Stedeling.
Dankzij de donatie van Christine kunnen we deze bijzondere vondst toevoegen aan het Historisch Depot.

Digitale Stedeling 1996

DE VONDSTKAART:

DE VONDST
Bekijk de vondst (pdf; 35.495kb)

TITEL:
De Digitale Stedeling.

VINDJAAR:
Juni 2011.

VINDPLAATS:
Thuis bij Christine Karman.

HERKOMST:
De Digitale Stad.

JAAR VAN VERVAARDIGING:
1996.

VERVAARDIGER:
De Digitale Stad.

MATERIAAL:
Papier.

AFMETINGEN:
A5.

INHOUD:
Diverse artikelen over de Digitale Stad.

De papieren uitgave van De Digitale Stedeling omvat 40 pagina’s. Het bestaat uit een selectie van artikelen die reeds verschenen waren in het online magazine De Digitale Stedeling. In deze digitale publicatie berichten de bewoners van de Digitale Stad over de subculturen die ontstonden. Nieuws en essays, onderzoeken en herinneringen geven zo een beeld van het leven in de Stad.

Op de voorpagina wordt De Digitale Stad met haar bewoners, huizen en pleinen kort omschreven. De inhoud van het boekje wordt uitgelegd.

In het eerste artikel vertelt Christine Karman over haar eerste kennismaking met De Digitale Stad. Het proces van inbellen op een van de twintig lijnen wordt omschreven. Verbinding maken met de Digitale Stad lukt uiteindelijk. Ze merkt dat voor veel opties en activiteiten registratie noodzakelijk is. Dus besluit ze al snel om zich te registreren. Acceptatie van die registratie duurt twee werkdagen. Ze blikt alvast vooruit op een actieve tijd bij de DDS die zal volgen. Dit artikel is een onderdeel van een reeks artikelen over de begintijd van de DDS. Dit is het tweede artikel. Het eerste artikel is gedateerd op 20 augustus 1996. Dus dit artikel van Christine Karman komt waarschijnlijk uit het najaar van 1996.

In het tweede artikel wijst Ed Kay de lezer/surfer op een pagina die het vroegtijdige einde van een actie van een chipsfabrikant ten gevolge had. In sommige zakken chips zat een zogenaamde scoorkaart. Deze liet twee foto’s zien van een sportsituatie, waarbij de bal onzichtbaar was gemaakt. Dan moest men de juiste plaats van een bal ‘krassen’ op de twee foto’s. Wanneer je allebei de ballen had ‘gevonden’ dan leverde dat tien gulden op. Op de DDS verscheen al snel een pagina waar de goede antwoorden werden verzameld. Een toegevoegde noot bij het artikel vermeldt dat Smiths ‘enige weken later’ stopte met de actie.
Het artikel is niet gedateerd. Maar Smiths begon in de zomer van 1996 met deze actie. Augustus van dat jaar kwam de site met goede antwoorden op DDS.

In het derde artikel maakt dIMITRI zich hard voor het gebruik van programmatuur om afbeeldingen kleiner te maken zodat ze sneller te laden zijn. Hij refereert aan de Bandwith Society. Hij sluit af met de opmerking: Help mee het Web sneller te maken. Hieruit blijkt dat men zich zeker in de begintijd verantwoordelijk voelde voor de toegankelijkheid van het Web. Onderscheid consument en producent vervaagt.

Artikel vier, Kafka in Cyberspace, wijst op de Nederlandse Franz Kafka Kring die “haar intrek heeft genomen in een van de vele huizen van de Digitale Stad”. Het artikel is van Marie-José Klaver.

De TV-flat is de titel van het vijfde artikel. De titel verwijst al naar een ‘real life’ fenomeen wat vanwege de stadsmetafoor ook opgeld deed in de Digitale Stad. Namelijk: woningnood. De huizen in de DDS raakten op een bepaald moment op. “Vanwege de ‘woningnood’ in DDS zijn sommige mensen van hun huis een flat gaan maken”. Een zo’n flat is de TV-flat. Beheerder Sander geeft aan dat nieuwe bewoners welkom zijn.
Bij dit artikel staat geen auteur vermeld.

Het zesde artikel gaat over zogenaamde websatire: satirische versies van websites van bedrijven en dergelijke. Een voorbeeld is de Nederlandse Spoorwegen. Auteur Bart Koop vertelt dat deze site offline gehaald moet worden, maar dat onder andere op de DDS kopieën verschenen. Drie andere voorbeelden van websatire worden ook genoemd.

De reeds genoemde Marie-José Klaver schrijft in het zevende artikel kort over het poëzie-tijdschrift LINK. Dichters en schrijvers kunnen hierin hun werk publiceren. Op het tijdschrift kan men een e-mail abonnement nemen. Het is niet duidelijk of de bijdragen ook verschijnen in het ‘huis’ van LINK.

Ook het achtste artikel is van de hand van Marie-José Klaver. Het is een artikel uit de serie met de sprekende titel Geek girls, webgrrrls, cybergrrrls, nrrrdgrrrls, sufergirls, tankgirls – Nieuwe woorden leren. Ze schrijft over Geek Girls en verwijst naar websites over dit fenomeen. Cyberfeminisme wordt genoemd en er wordt een professor aangehaald (Sadie Plant) die verwacht dat het internet steeds meer zal feminiseren.

Toekomst van DDS is de titel van het negende artikel. Hierin omschrijft Nina Meilof een aantal ontwikkelingen en nieuwe mogelijkheden. Deze zijn:
- Refresh Huizen-Karavaan: Dit is volgens de auteur een oplossing voor het reeds genoemde probleem van de woningnood. Het is niet meer mogelijk een huis te plaatsen bij een themaplein. Een zogenaamd refresh-script zou een keten van huizen doen laten ontstaan.
- Homepage TV: De Digitale Stad wil graag met bewoners gaan experimenteren met internet-TV.
- Ontwikkel-Club: Mensen die mee willen werken aan de ontwikkeling van de Digitale Stad zijn welkom bij discussie avonden over de toekomst van de DDS.

In het artikel tien legt dIMITRI de verschillende manieren om in de DDS te chatten uit. De auteur legt de zes verschillende mogelijkheden uit. Zijn uitleg is gericht op beginners, nieuwelingen. Zogenaamde newbies. De verschillende opties om te chatten zijn:
- De Metro: Dit is via telnet, dus alleen tekst.
- DDS-cafe’s: Dit is een chatbox, geen virtuele wereld zoals De Metro. Er zijn wel plaatjes. Het Café wordt vaak aangeduid met KV. Opmerking: in de kop staat cafés, meervoud dus; maar in de tekst wordt slechts over een café (het KV) gesproken.
- IRC: De Digitale stad heeft eigen IRC-kanaal: #digistad. IRC staat voor Internet Relay Chat.
- Palace: In dit systeem kan je een eigen poppetje door een getekende omgeving laten zwerven. Je kan werken met geluiden. De teksten die je tikt, verschijnen in een tekstballon.
- Onder vier ogen: o4o. Klik elkaars naam aan in de DDS, dan kan men privé met elkaar praten.
- Talk: via Talk kan men praten met met andere gebruiker die online is. Werkt via telnet.

Het elfde artikel gaat over de verwachte opkomst van 3D op internet. De auteur geeft aan dat de DDS een virtuele stad wil zijn. De vraag wordt opgeworpen of 3D de toekomst zal zijn. Er volgt een oproep om mee te discussiëren in de discussiegroep over De Digitale stad: news.dds.dds.
Bij dit artikel staat geen auteur vermeld.

In het twaalfde artikel wordt aandacht besteed aan twee nieuwsgroepen. Auteur Patricia schrijft over nl.eeuwig.september en auteur dIMITRI schrijft over dds.ouderen. Het stuk van Patricia was artikel vier van een column over nieuwsgroepen (De Usenet-Jungle).

Artikel dertien gaat over een café van De Digitale Stad: Het Bruin Café. In dit café schrijven enkele bezoekers samen aan een roman. Het artikel is geschreven door Sofie.
Opmerking: in dit artikel is sprake van tien cafés en wordt een café genaamd digikv genoemd. Hieruit lijkt te volgen dat dit artikel verschenen is na het artikel van dIMITRI (artikel tien).

Newbie is de naam van een wekelijkse column in de Digitale Stedeling over drie vriendinnen en hun belevenissen in de Metro. Deel 7, geschreven door Poppy, verschijnt als artikel veertien in deze uitgave.

Na dit verhaal is een advertentie voor het DDS T-shirt opgenomen.

Ook het volgende artikel, vijftien, gaat over de Metro. Auteur Sander van Drooge vertelt over de zogenaamde Metrobank, die ondertussen al niet meer bestond. Je kon daar een rekening openen en kreeg dan 100 Mecu (metro currency). Met dit ‘geld’ kon men allerlei spullen kopen die andere gebruikers hadden gemaakt. Later kwam er zelfs een pandjeshuis…

In artikel nummer zestien is plaats ingeruimd voor Freud. In een fictieve column van Freud over het Multiple Personality Syndrom in de Metro van de DDS. De echte auteur staat niet bij dit artikel vermeld.

Jos Verhoeff behandelt in het zeventiende artikel censuur op het internet. Dit doet hij aan de hand van de situatie in Duitsland.

Het volgende artikel, achttien, is alleen een plaatje met een verwijzing naar het Plein van de Dood in de Digitale Stad.

Dan is het tijd voor vakantie. In het op een na laatste artikel, nummer negentien, bespreekt Dirk-Jan Vos de mogelijkheden om op vakantie, in het buitenland, de Digitale Stad te bezoeken. Hij verhaalt over zijn reis naar Zweden, vanwaar hij de DDS bezocht met behulp van een draagbaar modem. Hij wijst op het belang van Telnet.

Het twintigste en laatste artikel is een lijst van de favoriete sites van de redactie van De Digitale Stedeling. Hieronder enkele huizen die aangeduid worden als ‘parels uit de huizenwijken van de Digitale Stad’. Door de aparte vormgeving is dit onderdeel wat lastig te lezen. Onderaan deze pagina staan alle leden van de redactie vermeld.

Tenslotte staan op de achterkant nog enkele onderdelen van de DDS genoemd: de nieuwsgroep over de toekomst van de DDS, het dagelijkse nieuws, de klantenservice en de digitale helpdesk.

FUNCTIE:
?

BIJZONDERHEDEN:
Deze papieren versie is een bijzondere uitgave met een selectie uit de digitale versie die wekelijks verscheen.
Er is geen pagina-nummering en geen inhoudsopgave. De bijdragen zijn niet van datum voorzien.

OPROEP
Wie weet meer over deze vondst? Help ons en plaats een reply met jouw bevindingen of stuur een mail!

Media


299 keer bekeken

2 Reacties

Wat een mooie vondst! Las net vanochtend (4-7-2016) in de Volkskrant dat Amsterdanmse studenten DDS gaan restaureren. En dacht meteen: zou het 'huis' van de Kafka-Kring er ook bij zijn? Ik had eind 1994 al internet, het jaar erop regelde ik als Kafka-Kring-voorzitter een 'huis' voor de Kring op DDS (huizen.dds.nl/~nfkk/), ik meen door een 'spijker' te slaan en zo dat 'huis' te reserveren. Op een gegeven moment lette ik niet op of zoiets en was het 'huis' gekraakt door een ander. Later heb ik het weer kunnen bezetten.
Leuk om dat artikeltje van Marie-José Klaver te zien. Ik kan me het contact met haar nog herinneren.
Ik zal aan dit boekje aandacht besteden op de huidige website van de Kring, www.kafka-kring.nl.

Beste Niels,
Dank voor je reactie! We zullen kijken of we jouw gekraakte huis kunnen terug vinden!
hartelijke groeten, Tjarda

Voeg uw reactie toe