Dit witte geborduurde jongensvestje met opstaande boord is een kopie van de kleding van volwassen mannen. Het volgt de mode van hoge boord en korte rechte onderkant. Ook de achterkant is eenvoudig en onversierd. Door de jas over het vest zag men nooit de achterkant van een herenvest.
Kinderen werden gekleed als miniatuurvolwassenen. Mede onder invloed van het gedachtegoed van filosofen als Jean-Jacques Rousseau (1712-1778) kwam daar in de late achttiende eeuw verandering in, althans in de hogere kringen. Toen pas werd een kind gezien als onschuldig individu met een geheel eigen, te respecteren leefwereld. Het duurde tot de late negentiende eeuw tot deze nieuwe ideeën gemeengoed werden bij een breder publiek.
Vanaf de tweede helft van de zestiende eeuw tot ver in de achttiende eeuw wordt door zowel meisjes als jongens in hun kleutertijd een tot de grond reikende jurk gedragen. Jongetjes worden hierna gekleed in het volwassen mannenkostuum: een driedelig pak bestaande uit jas, vest en kniebroek. Ook de schoenen zijn kopieën van mannenschoenen.