In de 16de eeuw komen niet-katholieken op voor geloofsvrijheid. Aangestoken door wederdopers in het Duitse Münster, die de stad gewelddadig overnemen, proberen de Amsterdamse wederdopers in 1535 de macht te grijpen en vallen het stadhuis aan. Het oproer wordt neergeslagen en gevangengenomen wederdopers wacht een bloederig lot: hun hart wordt uitgesneden en in hun gezicht gesmeten. Later zweren de wederdopers geweld af. Vanaf de 17de eeuw staan zij bekend als pacifistische doopsgezinden. In het stadhuis waarschuwen beschilderde ramen voor het lot dat oproerkraaiers wacht.

 Lambertus Hortensius, Oproeren…, 1535. Prent, 1660. AM, A 39665