In 1992 trad Bert als conservator kunstnijverheid in dienst bij toen nog het Amsterdams Historisch Museum. Voordien had hij soortgelijke functies in het Haags Gemeentemuseum en Museum Boymans van Beuningen. Maar Bert werkte eerder ook al voor ons museum: als stagiair bij de tentoonstelling 'Op weg naar 1795' (1981/82), als vaste parttime rondleider (1984/92) en als gastconservator van de tentoonstelling 'Te gast in Amsterdam. De opkomst en bloei van het Grand Hotel 1860-1914' (1987).

.

.

Het voorafgaande was maar een prelude: tijdens zijn 22-jarig conservatorschap maakte Bert in harmonieuze samenwerking met vele collega’s tientallen tentoonstellingen over uiteenlopende onderwerpen. Hij schreef over een breed scala aan kunsthistorische onderwerpen, ook voor vakbladen. En niet te vergeten: Bert vervulde een centrale rol in de totstandkoming van bestandscatalogi over belangrijke verzamelgebieden in de museumcollectie: beelden (1995), glas (1998) en goud en zilver (2003). Dit waren megaprojecten, die bovendien werden gecombineerd met exposities.

.

.

Daarnaast had Bert zijn hart speciaal verpand aan Museum Willet-Holthuysen. Hij heeft bijzonder veel voor dit museum betekend. Het huis, het verzamelaarsechtpaar dat er in de late 19de eeuw woonde en hun kunstcollectie waren onderwerp van tal van deelstudies en uiteindelijk van het onderzoek, waarop hij in 2010 promoveerde: ‘Bij wijze van museum' : oorsprong, geschiedenis en toekomst van Museum Willet-Holthuysen, 1853-2010. Er zou ook – gepensioneerd of niet - een ‘publieksversie’, een boek komen. Bert heeft hiervoor een duidelijke opzet gemaakt en zijn collega’s zullen volgens dit plan het boek voltooien. In 2015 zal het worden gepubliceerd.

.

.

Vanwege zijn pensionering was als verrassing in Museum Willet-Holthuysen een kleine expositie ingericht met als titel '’t Beste van Bert'. In een reeks vitrines wordt een selectie van bijna honderd objecten getoond die onder verantwoordelijkheid van Bert in de periode 1994-2014 voor het museum, en dus voor de stad Amsterdam, zijn verworven. Deze presentatie is nog te zien tot begin 2015.

.

.

Op de dag van het geplande afscheidsfeest verscheen nog een boekje van Bert; nog op zijn ziekbed had hij hiervoor de laatste puntjes op de i gezet. Het gaat over de cartes de visite, de visitekaartjes van Louisa Willet-Holthuysen. Zoals altijd: inhoudelijk doorwrocht en uitstekend leesbaar tegelijk. De titel van dit boekje luidt - we zullen maar zeggen, het berust op louter toeval - : Vergeet mij niet.

Het Amsterdam Museum zal zich Bert blijven herinneren als een erudiet collega met behalve een onuitputtelijke kennis, tevens een uitmuntende smaak (Bert was van huis uit óók etaleur) én de nodige humor.

We troosten ons met de gedachte dat het een voorrecht was om met Bert te mogen werken: een geweldige collega en een prachtig mens.