Ieder jaar komen ze naar het Oosterpark, waar ze een hele gezellige dag hebben met een hoop familie. Vroeger hadden ze naar eigen zeggen geen keus, ze werden meegenomen, maar sinds ze ouder zijn begrijpen ze ook dat het een belangrijke dag is. Beide meiden vinden het belangrijk dat de slavernij herdacht wordt en ze vinden het dan ook erg interessant om er op 1 juli nog meer over te horen.
Zoë draagt een Surinaamse vlag en heeft hem omgeslagen als pangi. Thuis heeft ze wel koto’s, bijvoorbeeld een koto die ze kreeg toen ze 10 jaar werd: een kroonjaar volgens Surinaamse begrippen. Maar de vlag vond ze nu leuker om te dragen. Ze heeft de vlag op vakantie in Suriname gekocht. Toen Zoë geslaagd was voor school heeft ze hem samen met de Nederlandse vlag uitgehangen: ze is trots op beide landen en wilde ze dan ook allebei uithangen.
Shanice heeft een moderne koto aan. De stof komt uit Suriname en haar tante heeft hem voor haar gemaakt. De koto is groen en dit is de kleur die iedereen draagt als iemand 30 jaar wordt. Maar Shanice vond hem ook gewoon mooi om hem vandaag aan te trekken. Eigenlijk hoort er ook nog een soort blouse onder het vestje, maar met het zwarte shirt vond Shanice het net wat hipper. Nadat ze op de foto zijn geweest lopen de twee meiden gauw weer verder, op zoek naar familie om samen mee te feesten.