Goedemiddag allemaal.
Mijn naam is Murielle van der Meer en ik ben Nederlandse jongerenvertegenwoordiger naar UNESCO. Kortgezegd houdt dit in dat ik twee jaar lang een schakel mag zijn tussen Nederlandse jongeren van 12 tot 25 jaar en UNESCO en andere politieke instanties. Dit doe ik bijvoorbeeld door jongeren uit alle hoeken van het land tijdens schoollessen of bij events als vandaag over UNESCO te vertellen en ze te laten discussiëren over wat zij denken van verschillende onderwijs- en cultuuronderwerpen. Hun mening en ideeën mag ik vervolgens verwoorden bij UNESCO Nederland en op het UNESCO-hoofdkwartier in Parijs. Op die manier wordt er in beleid dat jongeren aangaat niet alleen over jongeren, maar ook mét jongeren gesproken.
In mijn hoedanigheid als jongerenvertegenwoordiger ben ik gevraagd om mee te doen met het Voices of Tolerance project. De Internationale Dag van de Tolerantie is namelijk 21 jaar geleden in het leven geroepen door UNESCO om jaarlijks stil te staan bij het belang van tolerantie, en te waarschuwen voor de gevaren van intolerantie. Tegelijk viert UNESCO vandaag ook haar 71e verjaardag. Dat de organisatie op haar eigen verjaardag tolerantie onder de aandacht wil brengen geeft denk ik wel aan hoe diep de waarde van tolerantie in het UNESCO-gedachtegoed geworteld zit.
De afgelopen maand heb ik voor zes deelnemende klassen aan dit project een Voices of Tolerance-gastles verzorgd. Ik heb de leerlingen verteld over UNESCO en tolerantie en vervolgens hebben ze met mij en met elkaar gediscussieerd over het onderwerp.
In sommige klassen verliep dit in eerste instantie wat stroefjes. Het is natuurlijk nogal wat om met een wildvreemde over zo’n breed en voor sommigen vaag onderwerp als tolerantie te praten. Dat een deel van die klassen voor mijn les een blokuur gym hadden gehad hielp ook niet mee (je zou verwachten dat leerlingen dan uitgeput en stilletjes naar je luisteren maar niets is minder waar).
Eén van mijn vragen aan de klassen was of de regering, de gemeente of een schoolbestuur mensen kan dwingen om tolerant te zijn voor anderen. Hierop was het antwoord steeds unaniem ‘nee’, en een jongen riep zelfs dat zoiets ‘toch facking onmogelijk’ zou zijn. Met die reactie was ik, ondanks het taalgebruik, ontzettend blij. Toen ik vervolgens de leerlingen aan het werk zette met het bedenken van hoe hun stad of school dan wel zou kunnen zorgen voor meer tolerantie onder leerlingen en docenten, vloeiden de ideeën opeens rijkelijk. Een aantal van de bedachte plannetjes wil ik u vandaag niet onthouden:
‘In sommige Amsterdamse buurten wonen mensen van allemaal dezelfde cultuur, ik zou willen dat het gemixt wordt omdat mensen meer contact met elkaar moeten hebben. Ook moeten er daarom meer ontmoetingsplekken zijn.’
‘Met behulp van posters en actiedagen moeten we de mogelijkheid krijgen op school allemaal een leuke kant van onszelf te presenteren. Zo kunnen we het goede in iedereen zien, en leren dat iemand naast gekke keuzes en meningen ook mooie eigenschapen heeft.’
‘School zou niet om 8:30 maar om 11:00 moeten beginnen. Dan is iedereen uitgeslapen en is de kans kleiner dat je ruzie maakt omdat je chagrijnig bent.’ (Zeer origineel!)
‘Tijdens een jaarlijkse cultuurdag op school zou iedereen zijn eigen cultuur kunnen presenteren zodat we meer leren over mensen uit andere landen en hun geschiedenis en wetten.’
Zonder dat ze het zelf doorhadden dacht een groot deel van de leerlingen in de geest van UNESCO, namelijk dat mensen dankzij meer kennis van elkaar, elkaars geschiedenis en elkaars cultuur intolerantie kunnen overwinnen. Niet voor niets luidt het motto van UNESCO ‘Building peace in the minds of men and women’.
In lijn met veel plannetjes van de leerlingen wil ik u vandaag daarom op het hart drukken om open te staan voor een ander. We zijn allemaal unieke individuen met onze eigen wensen, ideeën en leefwijzen. Het is dus volstrekt logisch dat we het soms oneens zijn met wat een ander denkt, of dat we afkeuren wat iemand doet. Kies in zo’n geval niet voor de makkelijke weg door meteen boos te worden of weg te lopen. Daarmee zet u niet alleen de ander onmiddellijk buitenspel omwille van wie hij/zij is, maar u sluit ook uzelf af van iedereen die niet lijkt op u. Moeilijker, maar ook constructiever en wellicht interessanter, is om het gesprek aan te gaan. Waarom denkt/zegt/doet iemand iets? U hoeft het absoluut niet met de ander eens te worden, maar u zult denk ik wel meer begrip voor iemand krijgen. Hiermee wordt hopelijk een zaadje van tolerantie ‘in your mind’ geplant.
Bekijk haar talk terug (vanaf 15:53):