Dit gegeven is namelijk van alle tijden. Zo lieten Amsterdamse kooplieden in Kennemerland of in het Gooi buitenhuizen bouwen. Het zand dat daar werd afgegraven werd vervolgens gebruikt voor de bouw van de grachtengordel.
Aan het begin van de 20ste eeuw ontwikkelt zich een nieuw soort toerisme in Nederland. Amsterdammers gaan naar buiten en zoeken de buitenlucht op: gezond voor lichaam en geest. Met de trein was je zo in Zandvoort of Bergen. En de Gooische Moordenaar bracht je binnen een mum van tijd naar de Brink in Laren. Voor het eerst gaan mensen, eerst nog vooral de elite, kamperen!