Dit blauw jasje van kasjmier wol, versierd met witte soutache, is een voorbeeld van een bolero circa 1865. Op de mouwen een geschulpte garnering met knoopjes. Blauw was in de mode in deze periode. Het jasje werd een souave jasje genoemd, naar het uniform van het zoeaven leger (Franse legereenheid uit Algerije opgericht in de 19de eeuw, zouaven droegen een wijde broek, met een jasje dat van voren open was) Het jasje werd bolero genoemd als het buiten werd gedragen. Het jasje werd met een bijpassende rok gedragen, of met een losse rok. Onder het jasje werd een witte blouse gedragen. Er hoefde geen strak ingeregen korset onder worden gedragen, en vormde zo sportieve kleding voor buiten, bijvoorbeeld voor wandelen of een picknick.
Een andere mogelijke inspiratiebron voor de bolero is het jasje van een Torero kostuum, de outfit van een Spaanse stierenvechter. Deze zwarte bolero van zwart fluweel, gegarneerd met kraaltje en nestels, lijkt daarop gebaseerd. De rok is samen met de bolero geschonken maar hoort waarschijnlijk niet bij de bolero. De rok is later te dateren dan de bolero. Een blouse die goed onder de bolero zou passen is deze lichte katoenen blouse met wijduitlopende pagode mouwen en entre-deux kant.