De Nederlandse handel op Azië kent tussen 1600 en 1800 één hoofdroute: tussen Amsterdam en Batavia (nu Jakarta). Vanuit Batavia varen de driemasters heen en weer naar allerlei bestemmingen in Azië. Twee keer per jaar zeilt een rijk beladen vloot met soms tientallen schepen terug naar Europa. Eerst worden ze zo nodig gerepareerd, op het eiland Onrust vlakbij Batavia. Onderweg groeit er van alles aan vast, waardoor ze langzamer gaan varen. En langzaam varen betekent meer doden, rottend voedsel, hogere loonkosten – kortom, verlies. Links op het schilderij wordt een scheefgetrokken schip afgebikt en schoongebrand.
Anoniem (trant van Abraham Storck), 1699. AM SB 5820