Schutterijglas, ca. 1750-1775, inv.nr. 4988; Bruikleen Koninklijk Oudheidkundig Genootschap

Schutterijglas, ca. 1750-1775, inv.nr. 4988; Bruikleen Koninklijk Oudheidkundig Genootschap

Alle rechten voorbehouden

Van hand tot hand

Op bijzondere bijeenkomsten haalden schutterijen de kostbaarheden van de compagnie tevoorschijn. Daartoe behoorden ook de hensglazen die van hand tot hand gingen om te proosten op het welzijn van de compagnie. Het glas is gemaakt voor Wijk 5, zoals uit de gravering blijkt. Deze wijk werd begrensd door de Kloveniersburgwal en het Damrak.

Tot de opheffing van de schutterijen in 1795 kende Amsterdam zestig schutterswijken. De kerntaken van de schutterijen waren te vergelijken met die van de hedendaagse orde en hulpdiensten zoals de politie, brandweer en het leger. Een wijk werd geleid door drie officieren: een kapitein, een luitenant en een vaandrig. Drie onderofficieren met de rang van sergeant kregen samen met een aantal korporaals de directe leiding over de schutters. De officieren waren meestal afkomstig uit de stedelijke elite, terwijl de overige mannen bestond uit middenstanders. Alle mannelijke poorters tussen de 18 en 60 jaar oud waren dienstplichtig, uitgezonderd de allerarmsten van een wijk.

Schutterijglas, ca. 1743, inv.nr. KB 3802; Bruikleen Koninklijk Oudheidkundig Genootschap

Schutterijglas, ca. 1743, inv.nr. KB 3802; Bruikleen Koninklijk Oudheidkundig Genootschap

Zeldzaam

Amsterdamse schuttersglazen zijn uiterst zeldzaam. Totdat het Amsterdam Museum dit glas in bruikleen kreeg van het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap (KOG), had het nog een ander  schuttersglas, afkomstig van de schutterij in wijk 28. Op de kelk is een vaandrig aangebracht, zwaaiend met een vendel. Hieronder zijn in spiegelmonogram de letters ‘ATB’ gegraveerd. Langs de rand van de kelk is de inscriptie ‘Lang leve den vaandrig van d’compagnie wijk no 28’ te lezen.
De initialen ‘ATB’ staan voor Abraham ter Borg jr, een welgestelde jonge Amsterdammer die op 27 januari 1736 als vaandeldrager van wijk 28 was aangesteld. Vaandeldragers waren vanouds ongetrouwde jongelieden, die - fraai uitgedost en met een banier zwaaiend - hun compagnie ten strijde of in een optocht aanvoerden. Bij zijn huwelijk in 1743 verliet Ter Borg de schutterij, een hogere rang ambieerde hij blijkbaar niet. Mogelijk hebben zijn mede-schutters hem het glas bij deze gelegenheid ten afscheid geschonken.

Dankzij het genereuze bruikleen van het KOG wordt de geschiedenis over de Amsterdamse schutterij op een bijzondere wijze verrijkt.

 

Het KOG heeft het glas aangekocht met steun van de Vereniging Rembrandt (mede dankzij haar KOG-Vereniging Rembrandt Fonds).