In 1645 wordt een oud voornemen nieuw leven ingeblazen: de bouw van een toren voor de calvinistische Nieuwe Kerk. De grote man achter deze plannen is burgemeester Willem Backer, bijgenaamd ‘de gouden kerkpilaar’. De toren moet net iets hoger worden dan de toren van de Dom in Utrecht: symbool van gehate katholieke glorie. Veel verder dan de voet van de toren komt men uiteindelijk niet. De prioriteit van het stadsbestuur komt bij de bouw van het nieuwe stadhuis te liggen. Utrecht heeft nog steeds de hoogste kerktoren.