Helena (1897-1994)
Charles Boissevain jr. (1868-1940) vormde met Maria Barbara Pijnappel (1870-1950) het zilveren bruidspaar, behalve de zes dochters hadden ze ook nog vier zonen. Vader was ammoniakfabrikant en actief in de gemeentelijke en provinciale politiek. Daarnaast bekleedde hij verschillende bestuursfuncties onder andere in de Maatschappij tot Bevordering van Toonkunst en in het Concertgebouw. Hij was bevriend met dirigent Willem Mengelberg die net als het gezin Boissevain in de Van Eeghenstraat woonde. Er klonk veel muziek in huize Boissevain, zo zong de oudste dochter Helena in het Toonkunstkoor onder andere de Matthäus Passion en ze trouwde met Dick Meesman, die violist en later klarinettist was in het Concertgebouworkest.
Maria (1899-1995)
De moeder des huizes was een vooruitstrevende vrouw, actief als voorzitster van de Bond voor Vrouwenkiesrecht en van de Maatschappij tot Nut van het Algemeen. Van 1919 tot 1939 was ze lid van Provinciale Staten van Noord-Holland. De dochters kregen behalve een goede opleiding het voorbeeld van een hardwerkende vrouw met uitgesproken meningen. Helena werd onderwijzeres aan de Montessorischool en haar zus Maria Cornelia koos voor het nieuwe beroep van röntgenassistent. Met haar man, de chirurg Jan de Jong, trok ze in de jaren dertig naar Batavia en van daar emigreerde ze naar Amerika, waar ze tot haar dood woonde.
Emily (1903-1968)
De reislustigheid was ook een familietrek wellicht ingegeven door hun Ierse oma Emily Héloïse MacDonnell (1841-1931) die in 1867 met Charles Boissevain was getrouwd. Emily, de derde dochter, werd naar haar vernoemd en zij vertrok al jong naar Engeland waar ze trouwde en een gezin stichtte.
Catherine (1905-2002)
Catherine, ook wel Teau genoemd, werd in 1905 geboren. Zij kreeg net als haar zussen een opleiding en ze ging de verpleging in. Ze trouwde met Carl Huisken die werkzaam was in de effectenhandel, met hun gezin woonden zij in het Gooi. Teau overleed in 2002 op 97jarige leeftijd als laatste van de zes zussen. Dankzij haar bemiddeling kwam het groepsportret in 1990 in de collectie van het Amsterdam Museum.
Elisabeth (1907-2001)
Els was negen jaar toen ze samen met haar zusjes poseerde, zij koos voor een loopbaan als secretaresse. In 1938 trouwde ze met de uit Petersburg afkomstige Liko Krejcik. De oorlogsjaren waren moeilijk, twee van hun kinderen stierven jong en kort daarna gingen ze naar Indonesië, maar net als haar zuster Maria moesten ze uitwijken. Ze kozen toen voor Australië waar Els stierf in 2000.
Dieuke (1910-1987)
De jongste dochter Dieuke was de tiende en laatste in de rij van de kinderen Boissevain. Ze studeerde rechten en ging werken op een advocatenkantoor. In de oorlog trouwde ze met Carel Nienhuys. Ze verwierf bekendheid als journaliste en schrijfster van detectives die ook in vertaling verschenen in het buitenland.
Een boek over Thérèse, nu nog een over de zusjes
Samen omspannen de zes zusjes een eeuw. Hun eigen levens en loopbanen maar ook hun familiebanden, vriendenkringen, kinderen en kleinkinderen leveren genoeg stof voor een historische roman in vele delen. Het oorlogsleed, de omzwervingen over verschillende continenten, hun sportieve, wetenschappelijke en culturele prestaties en niet in de laatste plaats hun maatschappelijke betrokkenheid vormen een kleurrijk twintigste-eeuws mozaïek. Nu nog een auteur die voor hen de pen oppakt!
Thérèse Schwartze, Painting for a living, Cora Hollema, Pieternel Kouwenhoven, Amsterdam 2015. Voor meer informatie: www.thereseschwartze.com