Na een propedeuse kunstgeschiedenis is Roos afgestudeerd als klassiek archeologe. Inmiddels heeft ze de Grieken en Romeinen ingeruild voor Hollandse meesters en Amsterdamse grachten. Naast haar reguliere baan bij een fonds van de VU geeft ze namelijk een paar keer per jaar rondleidingen door Amsterdam. Ze beschouwt dit als een uit de hand gelopen hobby. Bijna overal in Amsterdam heeft ze rondleidingen gegeven: van de Watergraafsmeer tot hier, het Rijksmuseum. Een bijzondere plek, waar haar interesse in het rondleiden is ontstaan. "Nadat ik een keer van iemand een hele leuke rondleiding door het Rijksmuseum had gehad, wilde ik zelf ook graag gids worden." Tijdens haar opleiding tot gids kwam ze vaak in het museum om te leren over het gebouw en de schilderijen.

Hoewel de Nachtwacht natuurlijk het pronkstuk van het Rijksmuseum is, is het niet haar favoriete schilderij. "De Nachtwacht is een heel knap schilderij, maar het is niet een schilderij wat mij ontroert, zoals het Joodse Bruidje. Dat is Rembrandt op z’n best. Ook de mutsen van de walvisvaarders vind ik erg mooi, omdat je er een mooi historisch verhaal bij kunt vertellen. Je wilt niet alleen maar de pracht van de Gouden Eeuw laten zien, maar ook de kleinere verhalen."

Eén van haar leukste rondleidingen was met een groep mensen die Nederlands aan het leren waren, zij keken echt hun ogen uit. "Er zat in die groep ook een man uit Afghanistan. Ik vertelde hem toen dat de blauwe verf die Vermeer gebruikt, gemaakt is van lapis lazuli, wat destijds uit Afghanistan werd gehaald." Zo probeert ze tijdens haar rondleidingen het historische verhaal aan te laten sluiten bij de toehoorders.

Maar wat is er nou typisch Amsterdams aan het Rijksmuseum? Een lastige vraag, maar de fietstunnel en de manier waarop Amsterdammers zich daar aan hechten, vindt ze wel typisch Amsterdams. "Ik denk dat dit het enige museum ter wereld is waar je onderdoor kunt fietsen. Dan zit je op de fiets en speelt een orkest Vivaldi ofzo en dan denk je: wat heerlijk! Iemand noemde het ‘mijn zeventig meter dagelijks geluk’, dat vond ik wel een mooie." Toen de Spaanse architecten voor de nieuwbouw de fietstunnel weg wilden halen, kwam een aantal Amsterdammers daartegen in opstand. Uiteindelijk is het plan niet doorgegaan. "Dat vind ik wel heel Amsterdams, dat die eigenwijze types het er niet mee eens zijn."