Johannes Hilverdink,  Het nieuwe Rijksmuseum , 1885

Rijksmuseum 
In 1885 opende het Rijksmuseum in het nieuwe gebouw van Cuypers aan de Stadhouderskade. De schilderijen uit het bezit van de stad Amsterdam die al in het Trippenhuis hingen, zoals de Nachtwacht en de Schuttersmaaltijd van Van der Helst, kregen een ereplaats in dit nieuwe gebouw. Het werd een langdurig bruikleen van de stad aan het rijk.

In 1896 constateerde men dat het schilderij zich in slechte staat bevond. Het leek te gevaarlijk om het te restaureren: ‘ongaarne overgaan tot verwijdering van overschildering daar zij zich weinig voorstelt van het resultaat en een bewerking niet ongevaarlijk acht´.

4A HB 1653

Het sterk overschilderde regentenstuk van Van der Helst, moet ons inziens blijven sooals het is en zou alleen kunnen verliezen door restauraties.’
Uit het Verslag over den toestand der stedelijke schilderijen uitgebracht door de Commissie van voorbereiding in 1895 (Archief Commissie van toezicht op schilderijen van de Stad, Stadsarchief 459/4).

1919-1920
Het schilderij werd gerestaureerd door de restauratoren Pieter Nicolaas Bakker (1882-1940) en Willem Frederik Greebe (1865-1946). Zij verwijderden de overschilderingen: ‘van den ouden knaap met den boog kwamen enkele sporen te zien, die gephotografeerd werden maar niet toonbaar zijn.’

Foto restauratie Handboogdoelen 1919

Detailfoto tijdens de restauratie gemaakt, 1919.
Verslag over den toestand der stedelijke schilderijen uitgebracht door de Commissie van voorbereiding in 1920 (Archief Commissie van toezicht op schilderijen van de Stad SAA 459/4).

 

Het schilderij verhuisde in 1952 naar het Amsterdams Historisch Museum in de Waag op de Nieuwmarkt